De grootste ondergrondse gasopslag van Europa staat in Langelo

||||||||||||||||||
|||||||||||||||||| Foto: ||||||||||||||||||
actueel

LANGELO – Als een troep ijverige mieren werken zo’n 1000 mannen –vrouwen zijn er niet te vinden- onafgebroken aan een project dat de omvang heeft van een heus dorp. De mannen zijn te herkennen aan de naamlabels op hun borst die er met klittenband op geplakt zitten. Hun uitrusting is identiek: brandwerende, wortelkleurige en blauw-gele pakken, witte helmen met groene of blauwe stickers –afhankelijk van de werkervaring- handschoenen en veiligheidsbril. Ze werken op de Gasopslag in Langelo. De állergrootste ondergrondse gasopslag van heel Europa.

Uitbreiding van de capaciteit verklaart het enorme aantal, veelal Nederlandse, Duitse, Poolse, Tsjechische en Roemeense werknemers dat op de gaslocatie rondloopt. Zij werken via een consortium, een tijdelijk samenwerkingsverband van verschillende bedrijven die zijn ingehuurd door de Nederlandse Aardolie Maatschappij, op de gaslocatie. Deze bedrijven komen nagenoeg allemaal uit de regio. De meeste ervan uit Groningen. Stork, Wagenborg Nedlift, Visser & Smit Bouw, zijn een paar voorbeelden. De pijpleidingen worden geleverd door een bedrijf uit Emmen. En ook Cofely uit Roden en Strukton en KWS Infra uit Leek werken aan het honderden miljoenen euro’s kostende project. Exacte bedragen wil de NAM niet noemen, wel verklaren ze dat het continu testen op failures het project krankzinnig duur maakt. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan de uitbreiding die vóór 1 december dit jaar klaar moet zijn.

Vonkje

Als gewone sterveling tijdens werkzaamheden rondwandelen op de ‘Plant’, zoals de gasopslag officieel genoemd wordt, is onmogelijk. Je komt er zonder geldige reden namelijk niet op. Voor journalisten wordt heel soms een uitzondering gemaakt. Na een tv-ploeg en redacteuren van een vakblad, is De Krant de eerste schrijvende pers die het grootse NAM-project van Nederland én Europa mag bezoeken. Eenmaal door de poort krijg je, na je gegevens te hebben ingevuld, een elektronisch pasje dat moet worden geactiveerd. Groen licht, betekent –geheel in de lijn der verwachtingen- dat je door kunt lopen. Doe je dat bij code rood ook, word je niet meegeteld mocht je onverhoopt vroegtijdig het terrein moeten verlaten. En dat betekent meestal niet veel goeds. Om de weg te kunnen vervolgen, word je in een veiligheidsoverall met reflecterende strepen gehesen. Het royale pak wordt gecombineerd met helm, laarzen, handschoenen met een rubberachtig laagje aan de kant van de handpalm en beschermende bril. Alle mogelijke ontstekingsbronnen moeten worden ingeleverd. Daar valt ook de iPhone onder. Deze zou een gevaar kunnen vormen op het terrein. Zelfs in een afgesloten jaszak. Gas is namelijk vluchtig en zou zomaar je telefoon kunnen binnendringen terwijl je net een belletje krijgt, zo luidt de uitleg van de projectmanager van het hele gebeuren, Tako Keja die de operatie nu vijf jaar begeleidt en ook de rondleiding verzorgt. Eén simpel vonkje kan een ontploffing betekenen en dan is de ramp niet te overzien. Hoewel er geen gas meer aanwezig is in de leidingen van de Plant, in juli was de grootste shutdown ooit, wordt altijd het zekere voor het onzekere genomen. Omdat de fotograaf nu eenmaal een camera nodig heeft om zijn plaatjes te kunnen schieten, loopt er iemand mee met een gasmeter. Ook een foto schieten betekent immers ontsteking.

Piekvraag

Het terrein in Langelo, dat zo groot is als ruim 67 voetbalvelden, is bedoeld om de piekspanning in Nederland op te kunnen vangen. Doordat het gasveld in Groningen steeds leger wordt, kan het de piekmomenten die ’s ochtends vroeg rond een uur of zes en ’s avonds rond etenstijd ontstaan, niet meer aan. Dat geldt ook voor de bestaande gasleiding tussen het Groninger gasveld en Friesland/Noord Holland, die kan mogelijk in de toekomst ook niet meer aan de piekvraag voldoen. Daarom is vorig jaar een nieuwe, dertig kilometer lange pijpleiding aangelegd tussen Sappemeer en Norg, de Norgron. De uitbreiding in Langelo gebeurt op verschillende gebieden: zo komen er 3 gasputten bovenop de zes die er al waren, wordt er een derde compressor bijgebouwd en de injectiecapaciteit wordt vergroot van 24 naar 36 miljoen kuub per dag. De totale omvang van het gasveld is 30 miljard kubieke meter, daarvan gebruikt de NAM 2 miljard als werkvoorraad. Dat is voldoende gas om heel Drenthe zes jaar lang te verwarmen. Het gasreservoir kan het best vergeleken worden met een grote, poreuze steen dat op drie kilometer diepte ligt. En niet, wat veel mensen denken, als holle ruimten onder de grond.

De cijfers

Op dit moment kan er per dag 50 miljoen kubieke meter gas per dag uit het gasveld onttrokken worden. Als de uitbreiding klaar is, zo rond december, is dat 76 miljoen kuub. En dat loopt gefaseerd op naar 96 miljoen kubieke meter in oktober volgend jaar. “Langelo houdt Nederland warm in de winter”, stelt hij, terwijl hij zijn verhaal verduidelijkt met een schetsje compleet met cijfertjes van vraag en aanbod. “Ik blijf ingenieur hè?”, lacht hij. “Langelo is de back-up van onze nationale gasvoorziening. Als het buiten twee tot drieënhalve graad is, verstoken alle Nederlandse huishoudens bij elkaar 80 miljoen kuub gas per dag. Op zo’n koude dag komt tien tot vijftien procent van al het gas in ons land uit Langelo, dat is tussen de 8 en 12 kuub.”

Risico’s

De shutdownfase, waarbij het gas in vijf maanden tijd uit de ondergrondse opslag en alle leidingen werd gepompt, was ook de meest kritische van het hele proces, legt Keja uit. “Om een operatie als deze te kunnen uitvoeren moet echt alle gas verdwenen zijn. Dat betekent testen, testen en nog eens testen”, vertelt de projectleider terwijl hij ondertussen maant om tussen de gele strepen te blijven lopen. Een man op een fiets fietst midden op de rijbaan van het park richting één van de drie droogtorens waar het gas, dat onder de grond vandaan komt, wordt gedroogd. Achter hem rijdt, heel langzaam, een grote tankwagen. “Protocol. Er fietst altijd iemand voor een transport uit. Om te kijken of alles veilig is.” Het hele project is doordrenkt van veiligheidsmaatregelen. ‘Understand, follow and believe the rules save lives’, valt te lezen op een groot beeldscherm in de gezamenlijke kantine. Dat zegt genoeg. “Onze grootste zorg is dat iedereen veilig thuiskomt. Dat er geen mensen beschadigd raken”, zegt Keja op serieuze toon. Daarmee doelt de projectmanager niet op mogelijk ontploffingsgevaar of aardbevingen, dat laatste is zelfs helemaal geen issue in Langelo, maar op persoonlijke ongevallen tijdens werk. “Het grootste risico vormen ongelukken tijdens uitvoering. Dat is ook de reden waarom we terughoudend zijn met mensen die hier niets te zoeken hebben. Ik zou ook graag aan mijn vrouw en vier kinderen laten zien waar ik de afgelopen vijf jaar mee bezig ben geweest. Maar dat gaat niet.” Op de Plant wemelt het van de hijskranen, shovels, grote vrachtwagens en hoogwerkers die overal tussendoor rijden. Tel daar de honderden lassers, ingenieurs, schilders, steigerbouwers, elektrotechnici en andere specialisten bij op. Niet zo verwonderlijk dus, dat dáár het grootste gevaar schuilt. “We werken hier met grote volumes. Dit stukje pijp hier”, zegt hij wijzend naar een soort koppelstuk met verschillende uiteinden, “weegt alleen al zes ton. Bij alles wat hier getild moet worden, is een kraan nodig. We hebben hier 12 levensreddende regels, de ’twelve saving live rules’ opgesteld. Daar heeft iedereen zich aan te houden.”

Behalve dat de gevaren op de werkvloer zo goed mogelijk getackeld zijn, zijn ook de installaties zelf voorzien van veiligheidsmaatregelen. Er wordt voortdurend gecheckt op gasdichtheid doormiddel van een vloeistof dat bestaat uit stikstof en helium. Mocht er ondanks alle voorzorgsmaatregelen toch een lek ontstaan, wordt de installatie direct ingesloten. Dat is mogelijk omdat de installatie uit tientallen verschillende kleine compartimenten met hydrolyse kleppen bestaat, die afzonderlijk kunnen worden afgesloten. Zo wordt voorkomen dat door een lek het gas zich razendsnel kan verspreiden. Dat mogelijke aardbevingen in Langelo onwaarschijnlijk zijn, wordt snel duidelijk. “We hebben hier te maken met constante druk. Die wordt niet vergroot of verkleind. Aardbevingen zijn geen issue hier.” Op de vraag waar dan wel de kwetsbaarheid van het gasveld ligt, wil Keja niet ingaan. “We geven geen ruchtbaarheid aan mogelijke dreigingen. Dat is een bewuste keuze.”

Keja let tijdens de rondleiding voortdurend op de gemoedstoestand van de mannen op de werkvloer. De blik in hun ogen en de lichaamstaal vertellen hem of de klus goed gaat. De mannen kennen de projectleider nagenoeg allemaal bij naam. ‘Ha Taco, controle?’, roept een wat oudere man hem na. Keja loopt meteen even terug voor een praatje. “Ik zie direct aan de hele houding van mensen hoe het gaat. Zijn ze vrolijk of zorgelijk? Daar let ik op. Mensen werken hier met trots en plezier. Mocht er iemand wegduiken, zo van ‘daar heb je de opzichter van de NAM’, ben ik gewaarschuwd. Onverschilligheid accepteer ik niet.”

Welstandsprijs

Het immense park dat in 2000 de Drentse welstandsprijs ontving, is onder architectuur gebouwd. Het terrein heeft met een beetje fantasie iets weg van een piramide. Op de binnenplaats staan de hoge, kobaltblauwe adsorbsietorens en daaromheen vlakt de hoogte langzaamaan af naar de zijkanten, zodat de gasopslag voor de omgeving nauwelijks zichtbaar is. De wallen erom heen zijn begroeid met struiken en gras. “We doen er alles aan om overlast voor de buurt te beperken. Zo meten we voortdurend met microfoons op de hekken rondom het terrein of we binnen de geluidsnormen blijven. En monitoren we alle aanrijwegen. Vrachtverkeer van ons mag niet door het centrum van Langelo rijden en ook niet door dat van Roden. Saamhorigheid met de buurt is voor ons heel belangrijk. Het contact is goed, daar steken we ook veel energie in. Ook hebben we één centrale plek voor de grondopslag, om overlast zoveel mogelijk te beperken. Daarvoor hebben we een vergunning gekregen van de gemeente. Dat is handig, omdat je op deze manier het aantal vervoersbewegingen sterk vermindert.”

Knooppunt

“Dit zijn de manivolds. Hier komen alle pijpleidingen bij elkaar”, roept Keja op de plek waar een heel grote horizontale buis afbuigt naar beneden linearecta de aarde in. Het enorme aantal krioelende buizen en leidingen is een indrukwekkend gezicht. Het voelt als een fragment in een futuristische game met poppetjes die overal tussen door rennen om opdrachten te voltooien. “Een knooppunt, noemen we het ook wel”, licht hij toe. Zichtbaar onverstoord werken groepjes mannen aan, zoals dat in vaktermen heet, greenfields en brownfields. Greenfields zijn nieuwe projecten. Brownfields bestaan al, maar moeten worden voorzien van nieuwe toepassingen. Vergelijk het maar met een verbouwing aan je huis.” Mannen hangend over een schep, zoals je sommigen weleens al shaggy draaiend ziet doen over de gemeentelijke schoffel, tref je hier niet. De tijd wordt niet verkletst. Iedereen lijkt precies te weten wat hij moet doen. Uiterst geconcentreerd en gecontroleerd wordt gesleuteld aan enorme buizen met een gemiddelde diameter van 60 centimeter. “Voor ieder onderdeel is een plan geschreven en zijn er tekeningen gemaakt. Na goedkeuring door een externe organisatie die ons controleert, berekenen wij hoeveel mankracht we ergens op moeten zetten. Alles is van tevoren heel zorgvuldig uitgedacht. Zo weet iedereen exact wat hem te doen staat.”

De gasopslag bestaat grofweg uit vier onderdelen: de meterstraten, de puttenterreinen, de productieruimte en het injectiegedeelte. In de meterstraten wordt het gas dat via de leidingen naar binnen of naar buiten –afhankelijk van het seizoen- stroomt gemeten. Vervolgens gaat het gas, in de zomerperiode, door naar het productiegedeelte om tenslotte onder hoge druk onder de grond te worden gespoten. In de winter loopt het proces precies andersom. Vanuit de grond gaat het gas de adsorbsietorens in, wordt het als het ware ‘gedroogd’ en vloeit daarna door de pijpleidingen naar het energienetwerk.

Als straks in december de operatie voltooid is, verdwijnen de meeste werknemers van het terrein. En daarmee ook de talloze op elkaar gestapelde grijze containers die nu dienst doen als kantoren, omkleedruimten en kantine. Ook zullen de meeste parkeerplaatsen door de NAM worden verwijderd. “Na 1 december werken we met een kleine ploeg door. Dan praten we over ongeveer honderd man. Uiteindelijk is het de bedoeling, na oktober volgend jaar, om de Plant op afstand te besturen. De enige mensen die hier dan nog werken zijn van de beveiliging”, besluit Keja.

Bij het verschijnen van deze krant zit het gas inmiddels weer in de grond, branden de fakkels als vier enorme kaarsen en zit het gros van de NAM-medewerkers gezellig thuis onder de kerstboom. Operatie voltooid.

||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||
||||||||||||||||||

UIT DE KRANT