Geert Wolters – week 18 - 2015

Afbeelding
man/vrouw met de hamer

Functie: Voorzitter Stichting
Jaarbeurs van het Noorden
“Nee, als voorzitter zal ik de alweer 63-ste Jaarbeurs van het Noorden in september van dit jaar niet meer meemaken. Na 16 jaar voorzitterschap – en 17 jaar als bestuurslid – vind ik het welletjes. Niet uit onvrede met het beleid, maar omdat ik vind dat nieuw bloed nieuwe inzichten en kansen biedt. Want de Jaarbeurs is het meer dan waard, dat die blijft groeien en bloeien. Wie de nieuwe voorzitter wordt? Daar ga ik niet over; maar als ze me straks voor een of andere klus nodig hebben, ben ik paraat, daarvoor ben ik te veel met het wel en wee van de beurs verbonden. Het waren voor mij prachtige jaren. Van aanpassen van een bepaalde strategie – het gratis toegankelijk maken van de beurs is echt een doorbraak geweest – tot en met de samenwerking met alle zo onmisbare vrijwilligers. Door het gratis toegankelijk maken van de beurs zijn we nu vooral afhankelijk van de horeca-inkomsten. Daarvan betalen we de artiesten, die overigens ook steeds duurder worden. Maar samen met de horeca komen we ieder jaar weer tot een pracht programma. De invoering van de Ronermark als één gezamenlijk betaalmiddel van beurs en plaatselijke horeca heb ik ook als een belangrijk feit ervaren. De onenigheid over de ‘waarde’ van deze munt doet daaraan niets af. We, ja ik spreek nog steeds van ‘we’, zijn gezamenlijk bezig om nu tot een voor ieder aanvaardbaar waarde-compromis te komen. Je moet als beurs meegaan met de tijd en vooral dynamischer in de presentaties worden. Met een simpele kijkstand alleen trek je geen publiek meer. De beurs wil dit jaar dan ook met diverse ‘evenementenpleinen’ komen. Beursbezoek moet voor de mensen vooral een ‘belevingsgebeuren’ worden. De organisatie is in de loop der jaren gecompliceerder geworden, zeker wat betreft de steeds scherpere wordende regelgeving. Maar daar moet je mee weten te leven – waarbij de gemeente er van uit moet blíjven gaan dat het Rodermarktgebeuren een enorme Roden-promotie is.
Of ik mijn beursvoorzitterschap zal missen? Laat ik het zo zeggen: Geen mens is onmisbaar, maar ik bewaar alleen maar mooie herinneringen aan de Rodermarktfeestweek en dan speciaal het beursgebeuren. In een zwart gat zal ik zeker niet vallen; ik ben onder andere ook nog voorzitter van Oost–West-Contacten en secretaris van het Museum Kinderwereld. Werk genoeg aan de winkel dus, achter de geraniums zul je me (nog) niet zien zitten.”

UIT DE KRANT

Lees ook