“Schilderen maakt me van toeschouwer tot een deelnemer”

Afbeelding
kleintje cultuur
Kunstschilder Wout van der Vorst heeft geen einddoel en is niet resultaatgericht
Het is een super gaaf plekje, waar Wout(er) en Erna van der Vorst in Tolbert wonen: Aan de Zandhoogte, diep in de binnenlanden verscholen staat hun grotendeels door Wout zelf verbouwde woonboerderij. Heer des huizes Wout (Utrecht, 1947) heeft, zegt Erna, twee rechter handen. Hij vervaardigde zelf fraaie meubels, die de woning sieren en een speciaal karakter geven. Maar Wout doet meer: Hij is een bekwaam video-filmer, speelt verdienstelijk op keyboard en vooral niet te vergeten: hij schildert. Eigenlijk – zegt hij zelf – interesseert hem bijna alles. Echtgenote Erna doet qua kunstzinnigheid niet voor hem onder: Zij speelt viool en is keramist. “Ik doe daar althans pogingen toe,”zegt ze (te) bescheiden.  “Maar concentreer je op Wout.” Hoewel, voegt ze er toch nog even aan toe: “We inspireren elkaar; zijn opbouwend-kritisch op hetgeen wij doen.”
Wout dus. Die groeide op in Utrecht, waar hij als schoolkind tekende op elk blanco stukje papier dat hij kon vinden. “Geld voor tekenpapier hadden we thuis niet,”vertelt hij. “Ons gezin was niet bepaald creatief. Het bleef na de lagere school dan ook lang rustig wat tekenen betreft. Studie ging voor. In militaire dienst had ik een luizenbaantje, ik ‘bemande’ de portiersloge van een werkplaats en dat hield in dat ik weinig te doen had. Daarom begon ik voor mezelf wat te tekenen. In die tijd speelde ook een actie voor een kindertehuis-adoptieplan en daarvoor tekende ik een affiche met een kinderkopje. Dat zag een sergeant en die vroeg me of ik ook een portret van zijn vrouw wilde tekenen. Dat deed ik en dat sloeg zo aan, dat ik er vijfentwintig gulden voor kreeg. Toen begon het balletje te rollen want ik kreeg van diverse kanten opdrachten om een portret te tekenen. Zo kreeg ik er ervaring in. Toen ik uit dienst kwam, verwaterde dat; mijn carrière ging voor. Ik heb tussendoor nog even ge-airbrusht, maar dat was tijdelijk. Voor mijn werk verhuisden we naar het noorden – Wout is kort gezegd ‘technisch tekenaar’; red. - eerst naar Aduard maar we keken naar iets bijzonders in deze regio uit. Dat vonden we aan de Zandhoogte. Dit is voor ons echt een paradijsje waar we nu al tientallen jaren wonen. Ik ben hier omstreeks 2009 ook met schilderen begonnen. Via een vriendin maakte Erna me op de schilder Wine Fransen opmerkzaam. Zij exposeerde bij Jan Ernst Douma, van galerie Het Atrium in Leek. Daar maakte ik met haar kennis en zij begeesterde me meteen. Ik nam lessen bij haar en belandde, zo gaat een balletje rollen, ook bij de inmiddels ter ziele zijnde kunstenaarssociëteit in Leek. Daar leerde ik Ger Kuijlenburg kennen. Hij is net als Wine ook professioneel beeldend kunstenaar en tevens docent bij de Teken en Schildergroep Roden. Daar schilder ik nu een jaar of vier. Het is goed om af en toe van ‘leermeester’ te veranderen. Van iedere deskundige kun je wat leren. Bij Kuijlenburg zijn dat vooral details, hij weet veel van kleur en composities. Na afloop becommentariëren de cursisten elkaars werk in altijd positieve zin. Je leert van elkaar. Acryl heeft mijn voorkeur, maar soms schilder ik in olieverf of aquarel. Hoe je mijn stijl kunt noemen? Impressionistisch denk ik, abstract ligt me niet. De onderwerpen kunnen verschillen, ik probeer overal wat van te maken. Momenteel volg ik ook een cursus portrettekenen bij Jan Ernst Douma. Wat een vakman is hij! Als ik op de TSR een schilderij niet afkrijg, neem ik het mee naar huis, naar mijn atelier waar ik er verder aan werk. Muziekje er bij – liefst klassiek – en ik kan er helemaal in opgaan. Toch zeker wel een dag of vier, vijf ben ik elke week ook thuis in mijn atelier bezig. Erna maakt dan muziek elders in huis. Ze is,vind ik, te bescheiden over haar kunstzinnige kwaliteiten.” Waarna Erna er lachend aan toevoegt dat ze allebei door de week zo met hun tot passie uitgegroeide hobby’s bezig zijn dat ze vaak alleen op vrijdagavond samen in de huiskamer bij elkaar te vinden zijn. Wout hoeft niet lang na te denken als hem wordt gevraagd wat hem in zijn schilderwerk het meest boeit:
“Schilderen, iets vastleggen, maakt me van toeschouwer tot deelnemer. Maar ik ben niet resultaat gericht, ik heb ook geen einddoel. Lekker bezig zijn, dat is het voor mij. En ik heb mazzel als het dan iets is geworden.” 
 

UIT DE KRANT

Lees ook