‘Archeologen of Lollepieken..niets te vinden in de Es’

Gemeente Noordenveld

RODEN – Geert Willems is de luis in de pels van politiek Noordenveld. Hij bezoekt vrijwel elke politieke bijeenkomst en vormt zich vervolgens een eigen mening.

Voor de vakantie heb ik wat harde teksten gewijd aan Noordenveldse uitbreidingsplannen. Of eigenlijk wat er aan vooraf was gegaan. In dat stadium zitten we nog. Want de locatie Kaatakkertjes op de Roderesch is definitief afgevallen. Dat heeft niets te maken met het uitgevoerde archeologische onderzoek. Domweg de bouwconjunctuur werkte de laatste zes jaar niet mee. Ook het Norger Oosterveld is aan zo’n onderzoek onderworpen. Ook daar stond dit geen woningbouw in de weg. Nog steeds is sinds 1997 geen woning daar verrezen. Toch staat het nog steeds hoopvol op de agenda. In het bestuursprogramma Nei Noaberschap zelfs als punt 1 van hoofdstuk 12. Er schijnen problemen te zijn met de aankoop van gronden. Speculanten hebben zich in het Oosterveld ingegraven. Zij wachten op betere tijden. Dat doen ook de projectontwikkelaars en de woningcorporaties. Die zien geen brood meer in nieuwbouw, ondanks dat de gemeentelijke overheid wat smakelijke hapjes als lokaas heeft klaarliggen. Sceptici hebben het erover dat er geen behoefte aan het bouwen van woningen zou zijn. Veel woningen staan immers te koop... Wel eens van woningnood gehoord, dames en heren politici? Juist ja. Niet in de koop-... Maar duidelijk in de huursector... Wat hebben die dure archeologische bureautjes dan wel aan vondsten getroffen. Zoals ik al voorspelde vrijwel niets. Ja zowel op de Kaatakkertjes als op het Oosterveld is een esdek aangetroffen. Ik weet dat zo’n esdek in de loop der eeuwen is aangebracht door de boer met potstalmest, bestaande uit heideplaggen gemengd met schapenkeutels. Op het oog makkelijk waar te nemen aan het glooiende karakter van de essen. Op de Kaartakkertjes voor Gerrie’s “Borg” eenvoudig te zien. Ook Theo Spek duikt op in beide onderzoeken. Deze hooggeleerde onderzoeker wordt slecht gelezen. De Kaatakkertjes worden geacht aangelegd te zijn in de 19de (..) eeuw. Toch staan ze al vermeld tot in de kleinste details in de kadastrale atlas van 1832... Theo wordt beter geciteerd in het Oosterveld. Hier wordt uitgegaan van jonge esontwikkeling vanaf de late middeleeuwen. Als bewijs wordt aangevoerd, dat de kavels zo evenwijdig van elkaar liggen(..) Toch constateren de onderzoekers op beide essen een behoorlijk esdek. Van 30 tot 60 cm. Matig tot sterk humeus, wordt er bij gemeld. Net als van het werk op deze essen van Theo Spek, ben ik niet kapot van de aangeleverde data. Geen wonder. Voor sporen uit de prehistorie moet men niet op, maar naast de es zoeken... op deze wijze archeologisch onderzoek uitvoeren heeft teveel van een verplicht nummer. Verplicht ja, want in 1992 dwingend vastgelegd in het verdrag van Malta... Tussen de 13 Kaatakkertjes en het Oelenpad bij de Kaatsweg te Roderesch ligt om de es heen een bos, dat vroeger “Het Afgegraven Stuk” heette. De boeren moeten dit stuk een paar 100 jaar geleden hebben willen ontginnen. Nu moeten er veel van die heuveltjes gelegen hebben, waar van die mooie ovalen verhoginkjes in voorkwamen. Evenals in de bossen nu nog tussen Zuid- en Westervelde... De boeren moeten de grafheuvels, want dat waren het, vakkundig geslicht en de urnen met menselijke beenderen en grafgiften verstrooid over de toekomstige akkers hebben laten liggen. Wie weet uit eerbied voor de verstrooide beenderen van onze voorouderen wou er geen gewas op groeien en dus heeft men het maar als bos aangeplant... Ook een andere vondst hebben ze gemist. Omstreeks 1900 beroofden de zogenaamde Lollepieken Assies’ Winsinghof. Het was een beroemde roof met veel buit. Mijn tante Ant heeft me het lied met teksten uit de volksmond wel eens voorgezongen, dat begon met:
Het geld zit veilig in de fles...
in de Roonderesch...
De Lollepieken, dat waren de toen nog niet gehuwde broers van Wijk, Derk, Hilbertus, Albert en Jan. Woonachtig bij het Poepenbos een eindje verderop... De laatste, Jan, zou later faam verwerven onder de naam Jan Moesie. Door een weddenschap had hij een levende muis doorgeslikt. Zijn inmiddels achterkleinkinderen gaan nog altijd door het leven als de Moesies. Jan en de andere broeders Lollepieken moeten heel wat geld bij Assies hebben buitgemaakt. Ze hadden wel gemerkt, dat de veldwachter hen op de hielen zat en daarom begroeven ze de buit in een fles in een van de 13 Kaatakkertjes, waar het archeologisch onderzoek plaats vond. Toen ze later uit gevangenschap ontslagen werden moeten ze “Hoera, Hoera wie bent riek” geroepen hebben. Ze hadden de fles immers begraven in een van de 13 akkertjes.... Maar welke? Moeilijke vraag... Te moeilijk voor deze doorgewinterde criminelen. Ze moeten zich een ongeluk hebben gegraven... zonder resultaat. Het ligt er dus nog. En ook in het fraaie lied van mijn tante Ant. Voor zover bekend. Nee ook de archeologen hebben de schat gemist. Maar die vinden, zoals ik vorige week al schreef, nooit wat. De schatten in de bodem hunnen weer rustig ademhalen... Mocht men in de gemeente Noordenveld op zoek willen naar een mogelijkheid om het gat in de begroting te slichten? Men weet nu waar men moet zoeken...

UIT DE KRANT