“Bouwen aan de jeugd en meer laten zien”

Bas Lulofs en ‘project Leekster Eagles’

LEEK – Leekster Eagles moet na jaren op het hoogste landelijke zaalvoetbalniveau een stapje terug: de eerste divisie. Het doemdenken is voorbij. De roemrijke zaalclub begint met een nieuw elan. Aan de hand van Bas Lulofs.
Dat oud-speler (uit nood weer in actie gekomen) Lulofs hoofdtrainer zou worden van de ‘Adelaars’, daar werd al tijden over gesproken. Overtuigend klonk het niet. Lulofs erkent dit. “Het afgelopen seizoen was ik assistent-trainer. Daar was ik wel klaar mee. Ik wil op eigen benen kunnen staan. Dat heb ik kenbaar gemaakt, ook aan Symen-Abe (Hoekstra, de vertrokken trainer, red.). De weg kwam vrij doordat Hoekstra vertrok. Maar ik stelde voor mezelf als voorwaarde: als ik erin stap dan vanuit de onderbouw, de jeugd, beginnen en structuur aanbrengen. Anders heb je geen doorgroei naar het eerste. Symen-Abe nam veel taken op zich. Maar ik vind dat er meer mensen nodig zijn voor de randvoorwaarden, zodat de trainer zich alleen met voetbal kan bezighouden. Nu er mensen gevonden zijn is het definitief en voor de club ook duidelijk: ik ben komend seizoen hoofdtrainer. De selectie is geheel intact gebleven. Stefan Brouwer wil zich in eerste instantie richten op zijn maatschappelijke carrière en blijft een beetje op afstand. Wanneer het bij hem weer kriebelt sluit hij weer aan. Nieuw is Petrit Hoxhaj, ex Veendam en FC Groningen. Een degelijke speler, maar moet zich nog ontwikkelen als zaalvoetballer. Dan nog een nieuweling met een moeilijke naam: Amine Ajouaou. Een speler van  ‘KNVB onder 19’. Hij is jong en explosief. Daarnaast komt Martijn Kuiper eraan, jeugdkeeper bij TLC”. Lulofs zegt verbaasd te zijn over zijn ontwikkeling. “We beginnen het seizoen met een project, dat betekent ‘anders’ spelen;  de identiteit van Leek terug. Meer laten zien. Dat kan in de eerste divisie. Het doel is revanche op vorig jaar; we willen terug naar de eredivisie. Maar dat hoeft niet direct, daarvoor is een periode van drie jaar gesteld. Strijden voor een titel of periode, maar er ligt geen druk op. De eerste divisie heeft als voordeel dat de derby’s terug zijn, zoals WMC en Drs. Vijfje. Daar moeten we ons tegen wapenen. Als trainer werk ik aan een project per kwartaal. Ik wil dat spelers meer nadenken in wedstrijdsituaties. Zelf oplossingen vinden en niet dat ik ze die opleg. Belangrijk vind ik ook de sfeer. Dat is bepalend. We organiseren veel teamuitjes. En op maandagavond trainen we twee keer. Tussendoor praten we met elkaar; noem het een sociale training. We willen verder rust in de tent. We zijn een weg ingeslagen en werken keihard aan de terugkeer.”