Communistisch verzet in Noordenveld was klein, maar wel van belang

Afbeelding
actueel

NOORDENVELD – Tussen 2014 en 2017 verschenen twee dikke werken over het communistisch verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog in respectievelijk Groningen en Friesland. Voor Drenthe bestond een dergelijke publicatie nog niet. Na het lezen van de boeken over Groningen en Friesland vroeg historicus en schrijver Wim Ensing (Peize 1959) zich dan ook af hoe de situatie in Drenthe was. Hij ging op onderzoek uit en schreef het boek Communistisch verzet in Drenthe, 1935-1945.

‘Deze mensen hebben zich met gevaar voor eigen leven verzet en de meesten hebben daar de hoogste prijs voor betaald’



Ensing studeerde geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen en werkte daarna twintig jaar als leraar geschiedenis. In 2014 publiceerde hij het boek Het drama van Justina Abelina, over de tragische dood van een adellijke dame van het Huis te Peize. Dit boek bewerkte Ensing tot een historische talkshow, waarmee hij meer dan 25 keer optrad door de provincie Drenthe. Daarna vroeg hij zich af: wat ga ik nu doen?


Op de online krantendatabase www.delpher.nl kwam Ensing een artikel  uit 1935 tegen met als kop ‘Communist in Peizer gemeenteraad’. Dat verbaasde hem, aangezien Peize één van de minst gepolariseerde dorpen was die Ensing kende. ‘Al snel kwam ik erachter dat het ging om Piet Beuker en zijn vrouw Tinie. Zij woonden in Peizermade en waren overtuigd communist.’ Naast de publicaties over Groningen en Friesland was ook de ontdekking van de memoires van de communistische verzetsman Sjerp Weima uit Assen doorslaggevend voor het onderzoek naar het communistisch verzet in Drenthe. ‘Nooit eerder had iemand die gezien of gelezen,’ vertelt Ensing. ‘De nabestaanden zeiden: zet er maar een borrel naast als je dat gaat lezen.’ Inmiddels bevinden de memoires zich in het depot van het Drents Archief, zodat zij bewaard blijven voor de toekomst.


Het communistisch verzet in Drenthe bleek niet groot te zijn, vertelt Ensing. ‘In Roden zat Jan Piek in de gemeenteraad, Piet Beuker zat in de Peizer raad en dan waren er nog twee in Assen en één in Emmen. Vanaf 1939 zat Wolter Aalders ook in de raad in Roden.’ Vooral in Noordenveld en Zuid-Oost Drenthe kregen de communisten voet aan de grond, doordat de sociaal-economische omtstandigheden hier slecht waren. ‘Het was een strijd tegen de heersende klasse. Mensen zagen geen uitweg meer en keken naar het Oosten. Sommige mensen richtten zich op Duitsland, anderen keken nog verder, naar de Sovjet-Unie.’


Aanvankelijk werd er in 1940 na de bezetting nog niet ‘verschrikkelijk huisgehouden’ door de Duitsers, geeft Ensing aan. Piet en Tinie Beuker begonnen meteen na het begin van de oorlog met de druk van het illegale blad Alarm, waar geen enkel exemplaar van is bewaard. Dat deden zij samen met onder andere de familie Koolman uit Hoogkerk, Jan Andries Blok uit Eelderwolde en Anne Rode uit Hoogkerk. Zij waren actief in de verspreiding van illegale bladen en gaven onderdak aan vluchtelingen. ‘Het ligt in de lijn der verwachting dat ook Wolter Aalders en Jan Piek dit ook deden,’ aldus Ensing.


Terwijl hun ouders zich bezighielden met verzetswerk, moesten de oudste zoon Jan en oudste dochter Corien het gezin door de oorlog slepen. ‘Tinie verspreidde op koninginnedag pamfletten op de Grote Markt,’ vertelt Ensing. ‘Voor de kinderen was dat moeilijk. Zij werden gedwongen om vader en moeder over het gezin te zijn. Corien vertelde ook dat haar moeder wel eens twee revolvers in haar schooltas had gedaan, die zij moest afleveren bij bevriende verzetsmensen.’ Dat ging op het nippertje goed. Terwijl de schooltas van een vriendin werd doorzocht, mocht Corien doorfietsen.


Vanaf de februaristaking in 1941 grijpt de Duitse bezetter in. ‘De staking was een succes. Het was de bedoeling dat de staking ook buiten de randstad zou plaatsvinden,’ vertelt Ensing. ‘Dat gebeurde niet, maar wel werden de eerste communisten in Drenthe gearresteerd.’ In april 1941 werd Jan Piek gearresteerd en naar concentratiekamp Buchenwald gestuurd.


Na de inval van Duitsland in de Sovjet-Unie tijdens operatie Barbarossa in 1942 vond een tweede arrestatiegolf plaats. ‘400 communisten werden toen gearresteerd,’ zegt Ensing. Onder hen waren ook Wolter Aalders uit Roden en Sjerp Weima uit Assen. Via kamp Schoorl kwamen zij in kamp Amersfoort terecht. ‘Dat was afschuwelijk,’ vertelt Ensing. ‘Vervolgens kwamen ze terecht in Neuengamme, wat nog tien keer erger was. Het was een ziekmakend systeem.’ Weima kwam later aan in Neuengamme en herkende zijn kameraden niet terug. Ondertussen schreef Wolter Aalders in iedere brief naar huis: ‘Hoe gaat het met jullie? Met mij gaat alles goed.’ Dat deed hij om zijn familie niet ongerust te maken. ‘Het ging helemaal niet goed natuurlijk,’ merkt Ensing op. ‘Aalders is binnen een half jaar in Neuengamme overleden.’


Van het communistisch verzet in Drenthe was na de tweede arrestatiegolf in 1942 vrijwel niets meer over door gebrek aan leidinggevenden. Piet Beuker zat de hele oorlog ondergedoken op de zolder van zijn eigen huis en overleefde zo de oorlog. ‘Zijn zoon had een boekenkast met een valse deur gemaakt op zolder,’ vertelt Ensing. ‘Daar verstopte hij zich bij razzia’s. Beuker heeft meerdere keren daar gezeten, terwijl hij de Duitsers langs hoorde lopen. Dat waren angstige momenten.’ Beuker overleefde de oorlog, net als Jan Piek, die later nog wethouder in Roden werd. Veel van hun kameraden overleefden de concentratiekampen niet. Wolter Aalders kwam om in Neuengamme en Jan Andries Blok stierf in Buchenwald.


Ensing is blij dat hij het boek over het communistisch verzet in Drenthe heeft geschreven. ‘Het communistisch verzet was hier misschien klein, maar niet onbelangrijk. Het is belangrijk om dit verhaal te vertellen. Deze mensen hebben zich met gevaar voor eigen leven verzet en de meesten hebben daar de hoogste prijs voor betaald.’

UIT DE KRANT