“De sociale waarde van de parade is gigantisch”

Afbeelding
actueel
Eerste parade zonder jurylid Herman Holland
 
RODEN – Vanaf 1999 was hij ieder jaar een aantal weken vooral bezig met die wagens, de bouwers en het eindresultaat. Als jurylid lag er de gewichtige taak om een winnaar aan te wijzen, alhoewel we daar volgens Herman Holland zelf niet te zwaar aan moeten tillen: “ik zat daar echt niet omdat ik zo kunstzinnig was”, lacht hij, “en bovendien was het voor ons jury vooral punten tellen.” Die prijzen, die zijn er dan ook alleen om de bouwers te enthousiasmeren en te stimuleren het beste uit zichzelf te halen. Want het échte belang van die wagens en de parade is het sociale aspect: “er worden vriendschappen voor het leven gesloten. Je bouwt voor jezelf en voor je kind.”
Herman Holland is niet geboren en getogen in Roden, maar mag zich inmiddels met recht Roner noemen. Hij heeft er heel wat Rodermarktjes op zitten van de tijd toen hij nog de jong protegé was van notaris Wilts tot aan de keren dat hij als vader zijn feestende kinderen nog even opzocht in de discotheek. Een feestweek met de koeien- en paardenmarkt als middelpunt die gestaag is uitgebouwd tot veel meer dan dat. Hoogtepunt voor velen is de parade en dat was ook hetgeen waar Holland zich veel mee bezig hield. Vanaf 1999 zat hij in de jury van de wagens samen met Anne Ananias en Helmer Zweep die inmiddels allen stapsgewijs het stokje hebben overgedragen. Holland, ‘de laatste der mohikanen’, heeft nu ook die tijd achter zich gelaten en gaat de eerste Rodermarkt tegemoet als toeschouwer in plaats van jurylid. “Tja, voor die vrijdag moet ik nu wel even invulling vinden”, lacht Holland, “en ook de zaterdag kan ik nu anders besteden.” Het zal wennen zijn, want zijn taak heeft hij immer serieus genomen en met veel plezier vervuld.
Zoals gezegd, in 1999 startte Holland als jurylid. “Destijds is het songfestivalsysteem geïntroduceerd wat inhoudt dat iedere wagen één jurylid verzorgt en er daarnaast dus een overkoepelende jury is van drie man die ook een stem heeft. Zelf ben ik niet gevraagd omdat ik zo kunstzinnig ben”, lacht Holland, “maar natuurlijk vooral om de regels te bewaken. En ja, de jaren die voorbij zijn gegaan, die tikken zomaar weg. Je stapt ergens in en ik had een geweldige klik met Anne en Helmer. Elke maandag voorafgaand aan de parade gingen we voor de eerste keer langs de wagens, omdat we niet alleen het eindresultaat beoordeelden, maar ook de onderliggende techniek wilden bekijken. Ook de vrijdag voorafgaand aan de parade gingen we nog eens langs. En dan op de dag zelf bekeken we uiteraard de parade. Waar we op letten? Of men aan de opdracht had voldaan, of de wagen bij het zelfgekozen motto past, maar we kijken ook naar vormgeving, kleur, techniek, kleding en entertainment. En natuurlijk de algemene indruk.”
Een aardige waslijst met punten waar wie hoge ogen wil gooien dus hard aan moet werken. “Wil je enige competitie hebben, dan moet er nou eenmaal gejureerd worden. Het is een middel om altijd weer tot betere wagens te komen”, vindt Holland. “En de wagens zijn ook alleen maar mooier geworden in de loop der jaren. Vroeger”, blikt hij terug, “had je de gemeente. Oh, die had mooie wagens altijd. Echt een aderlating toen ze stopte. En nu hebben we natuurlijk Altena, die vaak hoog scoort. Het geheim? Ze zijn gewoon enorm gemotiveerd en ze hebben een bouwpotentieel waar je u tegen zegt. Het zwermt daar van de mensen en als je dan een biertje komt drinken – je wordt als jury nogal in de watten gelegd – dan zit die kantine vervolgens nog eens vol met veel meer mensen. Ze hebben ook nog eens hele goede lassers en beplakken alles met bloemen. Is dat een vereiste? Nee, absoluut niet. Maar bedenk wel: wil je veel bloemen, dan moet je ook veel prikken. Scholen klagen wel eens”, vervolgt Herman, “dat zij al die kinderen kwijt moeten op de wagen, maar wat is er mooier dan die geschminkte kindjes mooi verkleed? Mooie kindjes, dat is bijna mooier dan bloemen. En entertainment”, vindt Holland. “Daar kun je mee scoren. Gedoe om de wagen heen en humor.”
De uiteindelijke winnaar, dát was nooit zo moeilijk: “gewoon een kwestie van tellen van alle punten. De rapporten werden ingeleverd en daar zaten we dan de hele middag te tellen. En vaak ligt het maar verrassend dicht bij elkaar hoor. Het ligt soms maar een honderdste uit elkaar.” De échte winnaar van de parade overigens is uiteindelijk niet degene die die eerste prijs mag opplakken, maar degene die alles uit die bouwperiode heeft weten te halen. “De sociale waarde is gigantisch. Er worden vriendschappen voor het leven gesloten. Je bouwt voor jezelf en voor je kind. Ieder kind is er fier op om op die wagen te mogen zitten.” En iedere Roner is fier op die Rodermarkt. Zo ook Holland. “Rodermarkt is een samenbinder. Van jong tot stokoud komt er. Die zie je met de rollator nog op het terras zitten”, lacht hij. “En dat is denk ik ook de reden dat er zo weinig gedonder is: in potentie kun je je opa tegen komen. Ik ben er maar wat trots op dat de Rodermarkt al zolang voortduurt en zo groot is geworden. Het is ongedwongen gezellig met nooit wat te doen.”
 

UIT DE KRANT

Lees ook