Gemeenteraad ontsnapt aan Theo Koomen-verslag

Gemeente Noordenveld

Raad van Noordenveld


Het was warm achter de balustrade van de Health Hub. De pers, met drie man aanwezig ditmaal, had een plaats bovenin de ‘arena’ gekregen. De vergelijking met de grijze Muppets Statler en Waldorf was snel gemaakt. Was het het platte dak misschien? Of kwam de warmte van onderen en bleef deze in de nok hangen, zoals ik dat ooit met scheikunde meende te hebben geleerd? Misschien kwam de hitte van de gebakken lucht van het college, pal onder de perstribune. Veel had het college tot dan toe nog niet gezegd en bovendien zou ik ze nooit van gebakken lucht durven betichten. Nee, het was gewoon warm in de Health Hub, zoals het warm kan zijn in gebouwen.


De Health Hub dus. Voor eenmaal de politieke arena van de Noordenveldse gemeenteraad. Hier vond men de ruimte die er in de Rodense raadszaal niet was, ondanks dat er één dag voor de raadsvergadering nog een persbijeenkomst plaatsvond. Dat was vrij steriel, op afstand van elkaar en zonder de broodjes ham en kaas. Uitwijken was nodig, want in de raadszaal kan onmogelijk op 1,5 meter afstand worden vergaderd. Dat suggereert dat we in ieder geval in 2020 niet meer zullen vergaderen aan de Raadhuisstraat.


Een nieuw onderkomen geeft altijd probleempjes. Vergelijk het met de ingebruikname van een vakantiehuisje. Je loopt te klooien met het gasfornuis, snapt niet hoe de vaatwasser werkt en stapt per definitie onder een veel te hete douche, waardoor je de rest van je vakantie met derdegraads brandwonden over het vakantiepark paradeert. Bij ging het in de Health Hub al mis bij de koffie. Ik moest naar boven, zo werd mij verteld. Mijn scherpe oog (althans: -1 en -1,5) zag dat er geen koffie klaarstond bij de perstafels. Renkema’s (praktische denkers) lossen zoiets doorgaans zelf op. Dus voor ik de trap besteeg stak ik een voorverpakte gevulde koek in de buutse en schonk ik mijzelf koffie in. Mis. ‘Hier gaat het dus al fout’, hoorde ik iemand achter mij verzuchten. Ik mocht zelf immers geen koffie inschenken, dat zou iemand voor mij doen teneinde de kans op de verspreiding van het virus te verminderen. Zelfredzaamheid is in coronatijd een doodzonde.


Ik verontschuldigde mij en liep naar boven. Daar nestelde ik mij achter de tafel waar Matthijs Renkema op stond, er van uit gaande dat er geen journalist zou komen met bijna exact dezelfde naam als ik en dat het een typfout betrof.


De vergadering begon met de opmerking dat er geen livestream was, waardoor mijn gedachten vrijwel direct afdwaalden. Op de pakweg zestig in de Health Hub na, keek niemand mee naar deze vergadering. Dat geeft een journalist macht. Theo Koomen schoot door mijn hoofd. Niet verwonderlijk in Tour de France-tijd. Koomen was jarenlang de enige Nederlandse verslaggever die per motor meereed in de Tour. Wanneer er tijdens een etappe maar niets gebeurde, verzon hij doodleuk een ontsnapping of een valpartij. Kon ik dat ook, vroeg ik me af. Zou ik een dodelijk saaie vergadering wellicht kunnen opleuken, mocht dat nodig zijn? Met een compleet verzonnen motie van wantrouwen bijvoorbeeld. Of zou ik een ordinaire scheldpartij uit mijn duim kunnen zuigen? Zou ik kunnen verzinnen dat Robert Meijer de werkwijze van de RUD ‘ruk’ noemt? Of wacht, was dat nou echt gebeurd?


Hardhandig werd ik uit mijn droom gehaald. ‘Morgen is alles terug te zien op de site’, meldde Jan ten Hoor. Lekker dan, daar gingen mijn snode plannen. Getuige de uitstekende kwaliteit van het geluid – geregeld door Sikko Cazemier – zou de opgenomen uitzending ook geen problemen moeten opleveren. Een dag later zou er dus een prima registratie terug te zien zijn en zou ik worden ontmaskert als leugenaar. Theo Koomen had de moderne tijd ongetwijfeld vervloekt.


Het was tijd om de kop er weer bij te houden. De vergadering was begonnen en met het Beleidskader Energieprojecten en de Vluchtheuvel stond er genoeg belangrijks op het programma. Tegenover me zag ik hoe Hendrik Smeenge, verzonken in overpeinzingen, een dappere poging waagde de steeltjes van zijn bril op te eten. Dat hoefde ik niet te doen. Ik had immers nog een gevulde koek.


Meepraten? Twitter: @MathijsRenkema

UIT DE KRANT