‘GJ Afscheidshuis: Heel vertrouwd, heel huiselijk, heel warm’

|
| Foto: |
Uitgelicht

Het is half vier ’s nachts als er bij Simone op de deur wordt geklopt. Door het raam ziet ze een politiebusje staan. “Misschien zoeken ze iemand”, denkt ze nog. “We hebben slecht nieuws, je vader is zojuist overleden”, zijn de woorden van de agent. In Utrecht ondergaat haar zus Paulien bijna hetzelfde scenario. “Wie klopt er nu op dit tijdstip op de deur”, zijn haar gedachten. Na diezelfde onheilsboodschap vraagt ze zich af wat er gebeurd kan zijn. “Heeft hij een ongeluk gehad?”



En zo zitten de zusjes Hilbrants niet veel later bij de vriendin van hun vader, de plek waar hij stierf, in gesprek met de uitvaartverzorgster. Hun vader, Aaldrik, blijkt te zijn gestorven aan een bloeding in die vroege ochtend van 14 januari. Hij was net een paar dagen geleden ontslagen uit het ziekenhuis na heftige buik- en rugklachten en boezemfibrilleren.


“Papa sprak altijd heel openlijk over de dood, over wat hij wilde en wat hij persé niet wilde”, zegt Paulien. De meiden denken dat dit waarschijnlijk kwam omdat hij jarenlang bij een uitvaartorganisatie werkte. Hij vertelde ook vaak bijzondere verhalen over wat hij op z’n werk had meegemaakt en waar je om kon lachen. Omdat hun vader zijn wensen bij leven altijd duidelijk had gemaakt waren ze het in ieder geval snel eens over hoe ze het moesten doen. “Dat was achteraf gezien erg fijn.”


Al snel werd duidelijk dat hij weg moest van de plek waar hij overleed. Ze kenden z’n vriendin nog niet zo goed en het was daar een komen en gaan van mensen die ze nog nooit hadden ontmoet. Opbaren in z’n eigen huis was geen optie. De plek dicht bij z’n huis, GJ Afscheidshuis in Peize, was al snel een vanzelfsprekendheid. En zo zaten Paulien en Simone daarna elke dag dicht bij hun vader, die naast de sfeervolle huiskamer, lag opgebaard. “Heel vertrouwd, heel huiselijk en heel warm”, aldus Paulien en Simone.


Ze ontwierpen er samen de rouwkaart, zochten de muziek uit en ontvingen er gasten die nog afscheid van hun vader wilden nemen. In tijdsloten van steeds een half uur kwamen er kleine groepjes mensen. “Twee oud-collega’s kwamen met een bloemstuk van alle oud-collega’s. Het was zo fijn dat ze hun herinneringen aan papa met ons deelden.” Verder waren ze elke dag aan het fröbelen met fotolijstjes. Ze haalden alle oude fotolijstjes van hun vader op en zochten daar steeds mooie foto’s bij. “Een soort van verwerken”, zeggen de meiden. Verder bedachten ze hoe ze de inrichting wilden op de dag van het afscheid en werd er flink met de meubels geschoven. Dit alles terwijl er in die dagen nog een andere familie in het Afscheidshuis aanwezig was. In principe zijn beide ruimtes van elkaar gescheiden, maar toch zochten ze contact met elkaar. “We wilden hen privacy bieden, maar doordat we allebei te maken hadden met verlies, snapten we elkaar heel goed en ontstond er automatisch verbinding.”


Op de dag van het definitieve afscheid werden Paulien en Simone omringd door een klein groepje intimi. “Papa hield van bonbonblokken.” En daarom lagen er blokken chocolade op tafel bij het kopje koffie. Paulien las haar vader een brief voor en Simone deelde enkele herinneringen aan hem. Zijn lievelingsmuziek werd gedraaid terwijl er met elkaar herinneringen werden opgehaald. “Heerlijk laagdrempelig allemaal.” Op de grote tafel prijkten vele foto’s in de bijzondere lijstjes van papa en lagen de altijd gedragen hoed en shawl van Aaldrik.” Toen hij werd uitgedragen werd het lied van Wia Buze gedraaid waarin ze begint met ‘beste moar weer’. Er werd gegrinnikt, want wat was het herkenbaar, de woorden die Aaldrik bij het weggaan altijd riep.


Zo kijken Paulien en Simone terug op een warm en liefdevol afscheid op de plek waar ze nog altijd graag terugkomen. Waarom? “Omdat het zo aanvoelt als thuis zijn.” Ze zijn GJ Afscheidshuis gaan omarmen, de plek die bij hun leven is gaan horen.


|

UIT DE KRANT