‘Het gaat weer over hockey, niet langer over rechtszaken’

Afbeelding
actueel
MHC Roden ‘gered’ van ondergang
RODEN – MHC Roden leek tot voor kort reddeloos verloren. De club was voor de rechter gedaagd door Stichting Kunstgrasveld Roden, een stichting die één van de twee velden op het complex in beheer heeft. Of de club even dertig mille wilde betalen. Wethouder Alssema probeerde te bemiddelen, maar zelfs hij zag er uiteindelijk geen heil meer in. Daardoor leek de club regelrecht op een faillissement af te stevenen, tot aan afgelopen woensdag. Sander Renkema lanceerde een plan dat door een ruime meerderheid van de aanwezige leden van harte ondersteund werd. Renkema is daarmee meteen ook de nieuwe voorzitter van een nieuw bestuur, dat verder bestaat uit Thelma Eissens en Annemieke Kolstee.
‘Achter de schermen heb ik al enige tijd contact met de stichting die de club voor de rechter heeft gedaagd. Uiteindelijk is besloten dat zij de rechtszaak intrekken, als wij het nieuwe bestuur vormen. Wij hebben toegezegd onze verplichtingen na te komen, en daarmee is de ergste kou dus eerst uit de lucht’, zegt Renkema opgelucht. Er werden woensdag onder voorzitterschap van Anne Prins van SportDrenthe drie scenario’s gepresenteerd. ‘Persoonlijk vond ik de andere scenario’s geen optie. Dan zou je dus de rechtszaak afwachten en waar kom je dan als club in terecht? Met bovendien dus mogelijk ook alle gevolgen van dien. Ik ben opgelucht en blij voor de leden van de club, die trouwens lieten zien betrokken te zijn getuige de uitstekende opkomst. Dat is voor mij nóg een extra reden om te geloven in een goede toekomst voor deze club. Het moet weer over sport gaan, niet over rechtszaken en stichtingen. En ik geloof er echt in dat we het tij kunnen keren.’
Renkema is er nog niet. Het van de rol krijgen van de rechtszaak en het verbeteren van het contact met de ‘oude’ stichting is echter wel een forse stap richting gezonde, sportieve toekomst. ‘Er wacht nog een ledenvergadering met het financiële aspect als voornaamste onderwerp en we zullen in gesprek moeten blijven met alle geledingen van de club. Er moet nieuw elan komen. We zijn een jeugdclub, waar kinderen zich elke zaterdag de hele dag kunnen vermaken. Het was altijd erg gezellig bij MHC Roden, die sfeer willen we terug. We willen aan ledenwerving gaan doen. Onze seniorenteams? Die hebben inderdaad wel eens hoger gespeeld. Probleem is en blijft dat als ze gaan studeren, ze vaak naar Groningen verkassen en daar ook gaan hockeyen. Slechts zelden kun je een ploeg lang bij elkaar houden’, weet Renkema, die zelf op zijn zeventiende de voetbalschoenen inruilde voor de hockeystick. Renkema vond het hoog tijd dat er iets gebeurde. ‘Ik was onderdeel van de jeugdcommissie en van daar uit schoof ik vaak aan bij het hoofdbestuur. Ik wist dus precies wat er speelde, welke stappen gezet werden. Op een bepaald moment kon ik me er niet meer in vinden. Ik meed vervolgens de besprekingen met het bestuur en op het moment dat we te maken kregen met een rechtszaak ben gaan denken hoe we als de club uit deze impasse zouden kunnen komen. De club ligt na aan mijn hart. Er moest gewoon iets gebeuren. En bovendien: ik doe het niet alleen hè. Met Thelma en Annemieke heb ik al twee krachtige bestuursleden, we hopen dat er meer mensen opstaan en weer iets voor de club willen betekenen. Dat vertrouwen heb ik zeker. Tijdens de ledenvergadering bijvoorbeeld, kon ik meteen mijn functie als jeugdcoördinator delegeren naar twee ouders die zichzelf aanboden. Ook dat zegt veel.’
Renkema wil vooral vooruit kijken. Toch heeft het ook hem verbaasd dat het allemaal zo ver is gekomen. ‘Vooropgesteld, ik ben er van overtuigd dat alle partijen het beste met de club voor hebben (gehad). Echt waar. Het is allemaal veel te ver gekomen. Toch heb ik altijd vertrouwen gehouden, ook als de situatie ongewijzigd was gebleven. Als we bijvoorbeeld kijken naar de ‘oude’ stichting; er was een conflict, maar het veld is nooit op slot gegaan. Sterker nog: de oude stichting zorgde er zoals dat al jaren gebeurde voor dat het veld schoon en bespeelbaar bleef. Ondanks alles. Dat zegt veel, zoals ook toen er geen huur betaald werd, er dus ‘gewoon’ op gespeeld werd. We hebben op dit moment te maken met twee stichtingen; de oude dus en de Stichting Sportcomplex Noordenveld. Samenvoegen zou ideaal zijn, ook voor het bestuur. Je haalt dan het onderdeel accommodatie weg en kunt je als club eigenlijk volledig bezighouden met waar het écht om gaat: om de sport. Om het werven van jeugd, om het organiseren sportbeoefening, leuke activiteiten en om het creëren van gezelligheid. Kortom; er is nog werk te doen. Dit is een eerste stap in de goede richting.
 

UIT DE KRANT