‘Het is een mondiaal probleem. En dat gaan we aan’

|||
||| Foto: |||
actueel

Noodcrisisopvang maakt straks plaats voor permanent AZC in Leek

LEEK- Terwijl u dit leest, zijn de vluchtelingen vertrokken en is de Topsporthal leeg. Alsof er niets gebeurd is. Niets dat erop wijst dat zo’n 300 mannen, vrouwen en kinderen op de vlucht voor geweld in hun eigen land voor 14 dagen op het terrein aan De Schelp bivakkeerden. Afgelopen weekend stapten ze in busjes. Bestemming onbekend. Een achterhaald verhaal dan? Nee. De gemeente Leek is in gesprek met het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) over een permanent Asielzoekerscentrum. “Om onze plicht aan te gaan”, zegt locoburgemeester Ben Plandsoen.

Woensdagochtend 10 uur. Een paar mannen van middelbare leeftijd vegen met een bezem de sigarettenpeuken van de stoep van de crisisopvanglocatie aan De Schelp. Een andere man, in driekwart broek op badslippers, deponeert ze op een soort sneeuwschuiver in de afvalbak. De meeste vluchtelingen hebben slippers aan hun blote voeten, valt op. Dat moet best fris zijn, aangezien de thermometer niet meer aangeeft dan een schamele 10 graden. Ze ogen tamelijk relaxed. Hoe anders was dat toen afgelopen week de inhoud van de uitgedeelde brief van Staatssecretaris Dijkhoff tot hen doordrong. Toen werd de sfeer grimmig. Topdrukte in de hal rond de stroompunten. Zichtbaar gefrustreerde mannen en vrouwen die met hun mobiel contact zoeken met familie of het COA. Nóg meer onzekerheid. Wanhoop die toeneemt. Door de gigantische toestroom van vluchtelingen kan de Nederlandse overheid geen duidelijkheid geven over de toekomst van de, veelal uit Syrië afkomstige, vluchtelingen, luidt de boodschap. Het kan meer dan een jaar duren voordat zij weten of ze überhaupt een asielvergunning krijgen. Tot die tijd is helemaal niets zeker, óók niet of ze hun familie op korte termijn weer zien. Wat dat betreft laat Dijkhoffs brief aan duidelijkheid niets te wensen over. “Die brief is heel zwaar gevallen”, vertelt Plandsoen. “Wanhopige mensen die een van ons of een vrijwilliger aanklampen, op zoek naar antwoorden. Maar die hebben wij ook niet. Wij zijn enkel gastgemeente. We regelen eten, drinken, kleding, slaapplekken en we wassen voor ze. Dat is het. Voor vragen over hun status moeten ze bij het COA zijn. Ja, dat is best heftig. Toen alle commotie weer een beetje achter de rug was, zag je berusting. Gezelligheid is een groot woord, maar over het algemeen is de sfeer goed. Een mooi voorbeeld was het laatste concert van Normaal dat hier gehouden werd. Traditie is dat feestgangers hier op het terrein in oude caravans of auto’s blijven slapen. Gaat dat goed, dachten we heel even. Moeten we hekken plaatsen?, vroegen we ons even af. Dat wilden we liever niet. We hebben het gewoon laten gaan. Het zijn vrije mensen hè, geen gevangenen. Het verliep allemaal prima. Nieuwsgierige vluchtelingen stonden tussen de Normaalfans op klompen. Integratie ten top toch? Meer dan 150 vrijwilligers hebben zich spontaan gemeld om te helpen. Ze knutselen met de kinderen of nemen volwassenen mee naar het dorp om simkaarten te kopen.” Mobieltjes zijn het allergrootste goed wat de vluchtelingen hebben, volgens Plandsoen. Het is namelijk de enige manier om met familie en het thuisland in contact te zijn. Om geïnformeerd te blijven over hun status, hun toekomst. “Vergeet niet dat de meeste mensen die hier zitten over het algemeen niet arm zijn. Creatief, slim en veelal goed opgeleid. Ze hebben alle mogelijke moeite gedaan om hier te komen. Het gros lukt dat niet. Die komen niet verder als Libanon”, weet de locoburgemeester. “En al reizend is een mobiel onbetaalbaar.”

Binnenin de sporthal zijn er een aantal mannen en vrouwen in de weer met stofzuigers. Op een bankje in de hal zit een man met zijn dochtertje wat voor zich uit te staren. Donkerblauwe slippertjes bungelen verkeerdom de voetjes van het meisje. Twee jochies van een jaar of negen spelen een potje tafeltennisvoetbal. Sommigen hebben rond hun stapelbed lakens gespannen om zo toch nog een beetje privacy te genereren. “Ze helpen graag mee om de boel hier schoon te houden. Wat moeten ze ook anders hè? Ze zijn echt blij dat ze iets kunnen doen.” Favoriete bezigheid nummer één zijn de tennislessen op tennisclub Nienoord. Die stelt de banen naast de sporthal open voor vluchtelingen. De inschrijflijst op de muur van de hal staat helemaal vol. Gym en indoor soccer zijn een geliefd alternatief. De belangstelling voor ‘Dutch lessons’ is iets minder groot. Vandaag en gisteren prijken er respectievelijk 2 en 3 namen op de lijst. Heel druk is het niet rond een uur of elf. Maar dat gaat verandert straks, weet coördinator Roelof Postma “Zodra de lunch arriveert is het druk. Dat is ook zo met het avondeten. Of ze de Hollandse pot waarderen? Ja! De tomatensoep van gisteren was erg in trek. Zelfs de boerenkool met worst ging erin als koek”, lacht de coördinator die ook weet te melden dat de suiker niet aan te slepen is. “Ze drinken alles mierzoet. Koffie, thee, het maakt niet uit. Bergen suiker gaan erin.” Zijn taak zit er na het weekend op. Dan wordt het crisiscentrum weer omgeturnd in sporthal. Hoewel in Nederland veel noodopvangplekken langer in gebruik worden genomen dan aanvankelijk het plan was, is er van verlenging van de crisisnoodopvang in Leek is geen sprake. “Er is een duidelijk onderscheid tussen noodopvanglocaties en crisisopvangplekken, zoals de Topsporthal. In de noodopvang kunnen vluchtelingen een maand of 6 zes blijven. Dat geldt niet voor crisisopvang. Van tevoren hebben we gezegd dat ze hier 3 keer 24 uur kunnen verblijven. Dat hebben we opgerekt naar 14 dagen. Verder gaan we niet. Nu nog hebben we goodwill van de burgers en de omgeving. Dat elastiek moet je niet te lang uitrekken. Bovendien staan er ook evenementen gepland in de Topsporthal. Die cancelen ten behoeve van de opvang zou niet goed zijn. Dat wekt onvrede op.”

Leek is op dit moment in gesprek met het COA om de mogelijkheden voor permanente opvang te bekijken. Plandsoen weet dat de gemeente inmiddels een aantal opties voor een AZC op het oog heeft. Hij wil er nog niet teveel over zeggen. Eerst wil hij het bespreken met buurtbewoners. “Het kan zijn dat het COA iets gaat bouwen of dat een bestaand pand verbouwd wordt voor de opvang van 600 asielzoekers. In ieder geval wordt het een locatie waar asielzoekers in afwachting van hun procedure een paar maanden tot een aantal jaren kunnen verblijven. Als gemeente zorgen wij voor onderwijs. Kinderen gaan gewoon naar school.” Hoe de Leekster bevolking erop zal reageren weet hij niet. Plandsoen ziet het als plicht om iets te doen “Het is niet zo dat wij als gemeente staan te juichen. Zo van: kom maar binnen. Wat ik probeer is een middenweg zien te vinden tussen de linkse naïevelingen en de rechtse vreemdelingenhaters. Het is een mondiaal probleem. En dat gaan we aan”, besluit Plandsoen.

|||
|||
|||

UIT DE KRANT