‘Ik zou mijn kleinzoon mishandeld hebben. Mijn Jesse, mijn oogappel’

Afbeelding
actueel

Opa Geert werd afgelopen vrijdag uit zijn huis gesleurd door de politie

LEEK – Geert Bos is woedend. Of nee, kokend is hij. De 75-jarige opa van Jesse Bos uit Leek is vrijdagmiddag uit zijn huis gesleurd door een arrestatieteam van de politie en in de cel gesmeten. Hij zou zijn kleinzoon mishandeld hebben, gezien door een agent. “Mijn kleinzoon stak plotseling het fietspad over, vlak voor twee fietsers langs zo richting de Lindensteinlaan. Ik schrok me dood. Ik heb hem in zijn kraag gegrepen en meegesleurd naar het voetpad.”

Hevig geëmotioneerd steekt Geert Bos van wal. “Afgelopen vrijdag 13 mei haalde ik mijn kleinzoon Jesse van vijf van de Daltonschool aan de Oldenoërt in Leek. Lopend, zoals ik altijd doe wanneer ik Jesse ophaal. Het is rond half één –we zijn ter hoogte van de rotonde, nabij het politiebureau in Leek- als Jesse plotseling het fietspad oversteekt. Hij schoot vlak voor twee fietsers langs en liep richting de Lindensteinlaan. Ik schrok me kapot. Op de Lindensteinlaan wordt, ondanks dat je er 50 mag, gigantisch hard gejakkerd. Een levensgevaarlijke weg. Maar gelukkig bleef hij staan. In een reflex pluk in Jesse in zijn kraag van de straat waarna hij uit protest op het voetpad ging zitten. Ik heb hem flink uitgefoeterd, een paar tikken voor z’n billen gegeven (die niet eens aankwamen want hij trok z’n billen in en ging snel zitten) en een schop onder z’n derrière. Opdat –ie nooit weer oversteekt zonder uit te kijken.”

Na het voorval wandelde Bos samen met Jesse naar huis. “Hebben we even ‘samen’ koffiegedronken. Daarna hebben we nog even een boodschapje gedaan bij de apotheek, 200 meter van mijn huis. We waren amper thuis toen de bel ging. Het moet een uur of twee geweest zijn. Er stonden twee agenten voor de deur. Ik moest meekomen naar het bureau omdat ik mijn kleinzoon mishandeld zou hebben, luidde de mededeling. Ze kwamen me arresteren met toestemming van de officier van justitie. Want daar was ook al contact mee gelegd. Een agent zou namelijk getuige zijn geweest van de mishandeling. Echt bizar. Woest werd ik. Ik zei ze dat ik niet zomaar mee kon. Ik moest immers op mijn kleinzoon passen. Ze vroegen mij naar het nummer van mijn dochter, de moeder van Jesse. Die weigerde ik te geven. Ze was aan het werk. Toen begon de agent te dreigen met assistentie en mij desnoods met geweld naar het bureau over te brengen. Hij kon me 6 uren vast houden, zei hij. Uiteindelijk heb ik toegestemd op voorwaarde dat Jesse mee mocht. Eenmaal op het bureau kon ik direct de arrestantencel in. De schoenen moesten uit, portemonnee, bril en telefoon kon ik inleveren. Zeer intimiderend vond ik het. Of ik koffie wilde. Daar heb ik voor bedankt. Zei dat ze met die koffie in de stront konden zakken. Het verhoor gebeurde door een sympathieke dame van middelbare leeftijd. Een jong broekie typte mijn verklaring op papier. Regelmatig zei hij dat het veel te snel ging. Dat –ie het niet bij kon benen. Na het voorlezen van mijn verklaring door de verbalisant, constateerde ik dat er helemaal niets klopte van het verhaal. Ik weigerde te tekenen. Een sepo zou een mogelijkheid zijn, werd mij verteld. Een sepo, zei ik? Ik wil helemaal niet dat er geseponeerd wordt! Ik wil een dagvaarding. En ik ga hier niet eerder weg voor ik die in mijn zak heb. Ik laat me niet zo behandelen. Mishandeling nota bene. Jesse is mijn oogappel. Mijn mannetje. Vanaf zijn geboorte heb ik me over hem ontfermd.” Geert Bos barst in tranen uit. “Jesse is mijn alles. Daar leef ik voor.” Even later verschijnt er een klein glimlachje op het gezicht van opa Bos. “Jesse heeft de tijd van zijn leven gehad. Hij speelt al twee jaar politieagentje. Hij heeft het hele bureau kunnen zien.” Om 19:40 mocht Bos het bureau verlaten. Met een dagvaarding op zak. “Dit moet tot op de bodem worden uitgezocht. Laat de rechter maar oordelen. Op 17 augustus moet ik voor de Politierechter verschijnen, om half 10 aan aan het Guyotplein in Groningen. Ik hoop op veel mensen.” De politie in Leek wilde vanwege beroepsethiek niet op het voorval ingaan. “We onthouden ons van ieder commentaar. Dit is een zaak voor de Officier van Justitie.”

UIT DE KRANT