Inburgeren kan voortaan ook in Roden

||
|| Foto: ||
actueel

In Geertieshoes

RODEN – Inburgeren kan voortaan ook in Roden. Dinsdag ging de Stichting Vluchtelingen Werk Noord Nederland van start op de nieuwe inburgeringslocatie in Roden, in Geerties Hoes om precies te zijn. Dit dienstencentrum wordt op dinsdag-, donderdag en vrijdagochtend gebruikt. Aletta-Piel-Voorintholt geeft dan klassikale (taal)lessen. Daarnaast krijgt elke cursist twee keer per week een individuele taalles van een taalcoach aan huis. ‘Op deze manier willen we graag dat mensen vijf keer per week intensief bezig zijn met de Nederlandse taal’, zegt Dragoslav Milkovic, coördinator Integratie Vluchtelingen Werk Noord Nederland.

Donderdagmorgen kwam wethouder Gerrit Alssema langs. Hij zag met eigen ogen hoe het er bij zo’n les aan toe gaat. De vijf cursisten – voornamelijk uit Syrië- hebben een laag instapniveau en het is ook gewoon lastig om je de Nederlandse taal eigen te maken. ‘Taal is ontzettend belangrijk om verder te komen in de nieuwe samenleving’, weet Milkovic uit ervaring. ‘Het is zo moeilijk functioneren als je je niet goed kunt uiten. Dan kom je nergens. Vandaar dat we heel intensief aan de slag gaan. Snelle cursisten kunnen na 32 weken klaar zijn, anderen hebben het dubbele aantal weken nodig.’

Met de intrede van de Nieuwe Wet Inburgering heeft Vluchtelingen Werk de keuze gemaakt om haar activiteiten op het gebied van inburgering actief uit te breiden. De reden hiervoor is inhoudelijk. ‘ Inburgering maakt een wezenlijk deel uit van het traject van asiel naar een volwaardige plaats in de Nederlandse samenleving’, vertelt Milkovic. ‘Uitgangspunt is dat wij de vluchtelingen een doorlopende leef- en leerlijn willen aanbieden. Van aankomst in de gemeente tot en met werk. Inburgering is daar een onderdeel van. Let wel, het heeft een verplicht karakter. Mensen betalen de cursus via een lening van DUO. Slagen ze binnen drie jaar, dan hoeven ze de lening niet af te lossen, anders wel. Omdat wij met vrijwilligers werken, kunnen we een intensiever traject aanbieden met klassikale lessen en individuele taalondersteuning.’

Ondertussen leren de cursisten het verschil tussen de ‘ie’ en de ‘ou’. Geen eenvoudige opgave, zo blijkt. Gerrit Alssema zit donderdag bij de cursisten aan tafel. ’Elke gemeente in Nederland heeft van rijkswege een verplichting om elk jaar een bepaald aantal nieuwkomers of statushouders op te nemen, de zogenaamde ‘taakstelling statushouders’’, vertelt Alssema, als altijd bijzonder geïnteresseerd. ‘Wij als gemeente werken hier actief aan mee en voor de maatschappelijke begeleiding van deze statushouders hebben we een samenwerking met Vluchtelingen Werk Noord Nederland. Ondanks het veranderende profiel van de statushouders- jong, vaak alleenstaand, spreken geen Nederlandse taal en vaak getraumatiseerd- gaat dit over de gehele lijn prima. Vrijwilligers steken heel veel tijd in de begeleiding van deze doelgroep naar zelfredzaamheid’, zegt Alssema, wiens vrouw overigens als vrijwilliger actief is.

De wethouder heeft ook zorgen. Zorgen over de instroom in 2015, want die is groot. Heel groot. ‘In het eerste half jaar van 2015 zullen we 26 statushouders moeten plaatsen. Dat is veel. In 2012 bijvoorbeeld, waren dat er op jaarbasis slechts 19. Hoe dat komt? Meer en meer brandhaarden in de wereld, zo simpel is het. Wij als gemeente hebben bijvoorbeeld de taak om te bemiddelen in woonruimte. De taakstelling is verplicht. Dit zal geen eenvoudige opgave worden, zoveel is nu wel al duidelijk. We hebben deze post wel in de begroting opgenomen trouwens. Het staat er voor 49.000 euro in. Elke gemeente krijgt een grotere toestroom. Daar zijn we niet bijzonder in’, zegt de wethouder.

Alssema is buitengewoon geïnteresseerd. Dat heeft zonder twijfel te maken met zijn onderwijsverleden. ‘Je kunt je niet voorstellen wat voor cultuurshock het voor mensen is als ze hier komen. Praktijkvoorbeeld: een vluchteling uit Afrika die ineens geconfronteerd wordt met rioolheffing. Nee, ik proef geen veranderende houding tegen asielzoekers, ook niet nu de burger voelt dat gemeentes bezuinigen en de voorzieningen wat minder worden. We moeten met elkaar vertrouwen hebben en houden. Je krijgt niet zomaar een status. De mensen die hier zitten, zijn een afspiegeling van de samenleving. Die zijn als jij en ik.’

De cursisten blijken in elk geval buitengewoon gemotiveerd. Lezen (van woordjes) gaat sommigen al redelijk af, anderen nog veel minder. Aan inzet ligt het niet. Want de cursisten beseffen dat taal ontzettend belangrijk is om straks een normale inwoner van de gemeente Noordenveld te worden. Aan het eind van de bijeenkomst gaf Alssema de cursisten een boekje met fietsroutes in Noordenveld. ‘’Ook dat hoort bij de inburgering’, lachte de wethouder.

||
||

UIT DE KRANT