Sportman van het Jaar zag vorig jaar zijn vader er met de prijs vandoor gaan
LIEVEREN/RODEN – Het was een rare gewaarwording voor vader en zoon Hilster. Vader Eric stond op zaterdagavond 25 januari met een bos bloemen en een cheque in zijn handen, terwijl zijn zoon – de rechtmatige winnaar van de prijs – op de terugweg vanuit Spanje was. De toen achttienjarige motorracer werd verkozen tot Sportman van het Jaar, maar het was zijn vader die de prijs in ontvangst moest nemen. ‘Wel apart’, is het droge oordeel van de coureur zelf.
We zijn inmiddels bijna een jaar verder. Een jaar waarin de sport vaak op een tweede, dan niet op een derde plek kwam. En juist voor topsporters is dat moeilijk te verkroppen. Al geeft Jeroen Hilster (inmiddels negentien jaar oud) aan dat hij nog enigszins geluk heeft gehad. ‘We hebben nog een redelijk normaal seizoen kunnen draaien. Zo deed ik mee aan het Duits Kampioenschap waarmee we nog zes events hadden. Met het Nederlands Kampioenschap, waarop ik uiteindelijk tweede werd, hadden we vijf events.’
Ook buiten de motorsport om heeft Hilster genoeg te doen. Werken op het bedrijf van zijn vader in Roden bijvoorbeeld. ‘AFN Products heet het’, zegt Hilster. ‘Ik zou het mooi vinden om het bedrijf later over te nemen. Het bevalt echt heel goed.’ Dat impliceert direct dat hij goed kan samenwerken met zijn vader Eric, die op de bewuste 25 januari op het podium stond. ‘Mijn vader hoeft niet zo nodig in de schijnwerpers te staan’, weet Hilster. ‘Maar hij wil wél net zo graag als ik winnen. Dus hij was heel blij dat ik het uiteindelijk werd. En ik natuurlijk ook. Via een liveverbinding kreeg ik de uitslag mee en ik was heel blij. Maar ik was er het liefst zelf bij geweest.’
Dat kon dus niet. Er stond een trainingsweek in Spanje op het programma. Nuttige weken zijn dat, zo oordeelt Hilster. ‘Meestal ga ik zo’n twee of drie keer per jaar naar Spanje. Het voordeel is dat je daar het hele jaar door kunt blijven racen. Je hebt er heel veel aan. Het zorgt ervoor dat je in vorm blijft en ritme houdt. Het geeft zeker een voordeel op racers die het niet doen.’
Deze winter zit dat tripje er niet in. ‘Dat ga ik wel merken volgend seizoen, denk ik’, zegt Hilster. ‘Het enige voordeel is dat ook de andere racers niet naar het buitenland kunnen om te oefenen.’
Voor Hilster begon het seizoen dit jaar relatief laat. ‘Meestal begint het in april, nu was het pas in de zomer zo ver’, zegt hij. ‘Trainen zat er een hele tijd niet in. Het was een raar jaar en dan ook nog eens in een nieuw team.’ Want Hilster zit sinds dit jaar bij Lentink Sports Racing, een volledig nieuw talententeam. ‘Dat is wel leuk. Zoveel talententeams zie je tegenwoordig namelijk niet meer.’
Samen met zijn teammaat Victor Steeman heeft hij een aantal mooie overwinningen geboekt. Zo werden ze één en twee op het Nederlands Kampioenschap. ‘Dit jaar werd ik tweede, vorig jaar won ik’, zegt Hilster. ‘Op zich best een mooie prestatie. In Duitsland zette ik ook een paar aardige races neer, maar lukte het dit jaar minder dan andere jaren, mede door technische problemen. Ik hoop dat die problemen volgend jaar een stuk minder zullen zijn.’
Hilster heeft goede hoop dat het komende seizoen gewoon in april zal beginnen. ‘Maar ik vraag me af of we voor tijd al hebben kunnen trainen. Dat is lastiger. Een voordeel is dat ik volgend jaar meer kennis heb van de banen waarop ik rijd. Die kennis ontbrak dit jaar bij mij.’
‘Voor volgend jaar hoop ik dat het materiaal goed blijft. Verder hoop ik de kleine verschillen te slechten’, vervolgt Hilster. ‘In onze sport maakt twee tiende van een seconde al het verschil tussen de vijftiende en de tiende plek. En als je een seconde sneller rijdt, ga je voor het podium.’
Maar daarvoor moet je goed materiaal hebben. En Hilster weet als geen ander dat hij een dure sport beoefent. Het maakt dat hij altijd op zoek is naar sponsoren. ‘Ik heb een trouwe club sponsoren kunnen opbouwen, hen ben ik zeer dankbaar’, zegt hij. ‘Maar het is vaak ons-kent-ons. Het zou mooi zijn om ook sponsoren aan te trekken die je van tevoren nog niet kent. De winst op het Sportgala helpt daarbij. Maar de media kunnen hieraan bijdragen.’
Het maakte dan ook dat Hilster rap ‘ja’ zei tegen een interview. Binnen twee uur was de goedgemutste motorracer op de redactie. ‘Vanmiddag had ik vrij, morgen ga ik weer bij het bedrijf van mijn vader aan de slag. Lekker bezig zijn, ik hou ervan. Het is ook goed te combineren met het motorracen natuurlijk. Mijn vader steunt mij volledig, dus ik heb nooit problemen met vrij vragen!’
Nog tot 30 november kunnen sporters, sportclubs, vrijwilligers en gegadigden voor de Ben Boers-oeuvreprijs aandragen. Dat dan door een mail + motivering te sturen naar dekrant@media-totaal.nl. De komende weken zal op via de Social Media-kanalen van De Krant aandacht aan de categorieën worden besteed. Kijk ook op www.dekrantnieuws.nl voor filmpjes met betrokken sporters.