Maria’s Mooie Mensen 531

maria's mooie mensen

De allerbeste wensen voor 2023! Dit nieuwe jaar is voor mij het jaar van steeds groter wordende meisjes. De jongste twee zullen in april zeven worden. De oudste wordt in 2023 een tiener, gelukkig hebben we nog tot december om aan dat idee te wennen. Steeds vaker merk ik dat ze inderdaad niet meer de kleine meisjes zijn die voor mijn gevoel nog maar kort geleden met zijn allen in die belachelijk grote kinderwagen zaten. Hoe lekker ook is het dat iedereen nu zichzelf aankleedt, zelf een schooltas in kan pakken en zelf de deur uit kan stappen. Het is me een raadsel hoe ik me die jaren geleden zo goed gered heb met drie kinderen onder de drie jaar. Afgelopen week ging ik daarom eens lekker zwemmen met de jongste twee. De oudste ging met een vriendinnetje; uiteraard niet op dezelfde dag als haar zusjes en ik een duik namen, want dat is niet heel cool. Koel bleek het wel, vooral voor mij, want de helft van de tijd vonden ook de jongste dames het niet nodig dat ik me ermee bemoeide en kon ik vooral toekijken hoe zij met zijn tweeën de boel op stelten zetten. Nou was dat bij de tientallen rondjes in de stroomversnelling die zij deden, geen straf. Ronddraaien is nooit mijn sterkste punt geweest en het risico bestaat dat ik na al die rondjes iets groener het bad uit kom. Op mijn gemak bekeek ik hoe de dames gezamenlijk de grootste lol hadden in het ronddraaiende water. Als je het over momenten met een gouden randje hebt. Gelukkig mocht ik daarna ook nog even in actie komen op de glijbaan. Uiteraard hadden ze mij écht niet nodig, maar het bleek wel gezellig met mij erbij en na een stuk of vijftien keer zonder mij van de glijbaan, mocht ik ook aansluiten in deze marathon. Na tien keer non-stop door de glijbaan en direct weer de trap op en er vanaf, besloot ik zelf dat ze ook wel even zonder mij konden. In gedachten ging ik terug naar die twee piepkleine baby’s die ik straks zeven jaar geleden te vroeg op de wereld zette. Naar al die keren dat een rondje zwembad ogen in je achterhoofd betekende en nog bestond uit het opblazen van heel veel bandjes en het continu verschonen van zwemluiers. Wat een genot om ze nu zelf met zoveel plezier het water in te zien plonzen. Toen het tijd was om te gaan, gooide één van de twee toch even de kont tegen de krib. Er moest hoognodig wat eten in en de vermoeidheid was te groot. Ze weigerde zich af te drogen, weigerde haar natte zwemspullen uit te trekken en weigerde de door mij met vooruitziende blik meegenomen koek te eten. Het enige wat ze wilde was in haar bikini een ijsje eten. Iets wat zo middenin de winter niet heel haalbaar is. Toen ze eindelijk instortte, hielp ik haar als ‘vanouds’ met afdrogen en aankleden. Ik tilde haar – met moeite – naar de auto en thuis kropen de dames samen in mijn armen. Gelukkig zijn ze dan ook nog maar heel klein.

UIT DE KRANT