Maria’s Mooie Mensen 533

maria's mooie mensen

Voordat onze Nero zijn intrede deed in ons leven, stortte ik me op de ‘hoe voed ik mijn hond op’-handboeken. Daarin las ik van alles over de voorouder van de hond: de wolf. Informatie die me misschien nog wel eens meer van pas kan komen dan alleen bij de opvoeding van ons hondje, nu deze wolf goed schijnt te aarden in onze omgeving. Ik las laatst een uitgebreid artikel over iemand die regelmatig op de Veluwe hard loopt en zo uiteindelijk ook eens oog in oog met de wolf kwam te staan. Toen prees ik me nog gelukkig dat de bossen rondom ons huis nog wolfvrij waren. Nog geen twee weken later hoorde ik andere geluiden. Onheilspellend werden manlief en ik gewaarschuwd: de wolf zou dichtbij ons huis rondzwerven. Aangezien wij elke dag met Nero een ronde doen, moesten wij op onze hoede zijn. Die Nero namelijk, is geen partij zijn voor zijn voorouder. En met de speelsheid van dit hondje, gaat hij het gevaar van de wolf niet aanvoelen. Dit dier irriteren, dáár hoeft hij waarschijnlijk weinig moeite voor te doen. Simpelweg zijn stuiterende zelf zijn, zal genoeg zijn. Maar nog meer dan de zorgen om Nero, moesten wij oppassen met onze kinderen, werd ons op het hart gedrukt. Want die hadden een interessant formaatje voor de wolf en zouden ook zomaar gegrepen kunnen worden. Na deze onheilspellende boodschap bleven manlief en ik verbijsterd achter op ons gezamenlijke kantoor. Op de gang floot de brenger van deze waarschuwing een deuntje, bij ons heerste een kille stilte. In gedachten liepen we onze vaste route met Nero na: altijd lopen wij een redelijk stille route door nog aardig ‘onherbergzaam’ gebied. Ongetwijfeld zou de wolf het hier prettiger vinden dan de drukke bossen waar je op elk pad over wandelaars en hondenliefhebbers struikelt. Ook zaten de bossen waar wij lopen vol met wild en zijn er genoeg verstopplekken om een nestje te bouwen. Een kort onderzoek leerde ons al snel dat de echter zelden de mens opzoekt en vooral tijdens schemering en ’s nachts actief is. Paniek leek overbodig. Tóch liet ik manlief die dag Nero uitlaten; laat hij eerst maar eens uittesten of hij onverwacht bezoek tegen zou komen. Ik wachtte nog twee dagen, tot ik besloot eind van de middag nog even een rondje te doen. Hoewel het voor vieren was, was het een sombere dag waardoor het bos al ronduit schemerig leek. Ik had al binnen vijf minuten spijt als de haren op mijn hoofd. Nero nam het ervan en dook de bosjes in om heerlijk rondjes te rennen. De ADHD-er in hem kwam volledig boven toen hij rondscheurde, een sloot in plonste en weer de andere kant het bos in rende. Maar hoorde ik daar nou ook ander geluid? Met het zweet op de rug en ogen in mijn achterhoofd liep ik met de hond aangelijnd zo snel mogelijk richting de levende wereld. Manlief bekende later met een dikke tak in de hand gelopen te hebben. Het duurde nog twee weken voor we weer redelijk ontspannen rondliepen. Die wolf heeft zich tot op heden nog niet laten zien. Maar een onverwacht geluid bezorgt me nog altijd kippenvel op de armen. Al is dat nogal wat met Nero erbij die nog altijd van links naar rechts om me heen vliegt.

UIT DE KRANT