Museum Nienoord ziet de toekomst vol vertrouwen tegemoet

actueel
 
Zwarte cijfers en een gloednieuwe app
LEEK – Het gaat weer de goede kant op met Nienoord. Sinds 2016 kan men in Leek zwarte cijfers schrijven en trekken de bezoekersaantallen flink aan. ‘In 2016 hebben we 24.000 bezoekers mogen verwelkomen. Dat is een erg mooi aantal en een verdubbeling van het jaar ervoor’, zegt Geert Pruiksma, directeur van museum Nienoord. Toch valt er nog genoeg winst te boeken op het landgoed, meent Geert. ‘We lopen qua organisatie zo’n tien tot twintig jaar achter op vergelijkbare musea. Dat moeten we door de jaren heen zien in te halen.’ Het is druk in één van de aangrenzende kamers van het rijtuigmuseum Nienoord. Rond kwart voor tien ’s ochtends wordt er altijd koffie gedronken door de medewerkers van het museum. Onder het genot van speculazen en tompouces werd er vrolijk gekletst over de gang van zaken rondom Nienoord. Het is een komen en gaan van vrijwilligers, medewerkers en kunstenaars. Dat heeft alles te maken met de tentoonstelling die afgelopen weekend opende in Nienoord. Tekenaar Jan Ernst Douma exposeert hierop met tekeningen van kerken in het Westerkwartier. Dit sluit aan bij het landelijke thema ‘500 jaar Reformatie’. Voor het museum zijn dergelijke tentoonstellingen belangrijk. ‘Er moet wat gebeuren in het museum, zodat mensen hier naartoe komen’, vindt Pruiksma. De ambitieuze directeur werd in 2015 aangesteld. Daarvoor was de oud-student architectuur geschiedenis, directeur in Eelde bij museum Buitenplaats. ‘Sinds mijn studententijd ben ik altijd al verbonden geweest aan Nienoord. Ik zat in het bestuur van de Vriendenvereniging van Nienoord. Toen ik gevraagd werd, moest ik er wel even over nadenken. In die tijd ging het niet goed met Nienoord en het museum had natuurlijk de schijn tegen. De klad zat er in en er waren veel werknemers ontslagen. Toch ging ik in gesprek, omdat ik voelde dat ik een soort verplichting had tegenover Nienoord. Ik was immers nauw verbonden met het museum. Bij het gesprek over de functie als directeur was burgemeester Berend Hoekstra aanwezig. Dit gaf mij het idee dat de gemeente Leek ook achter de aanstelling van mij stond. Voor mij gaf dat de doorslag en toen ben ik aan de slag gegaan.’ Sindsdien ging het financieel beter, al moest hier heel wat voor gebeuren. ‘De reden voor de positieve financiële omslag kan worden gezocht in drie dingen. Ten eerste kwamen er meer bezoekers, omdat er meer georganiseerd werd en we goede tentoonstellingen organiseerden. Daarnaast heb ik flink moeten bezuinigen. We deden een groot beroep op onze vrijwilligers die ontzettend veel werk hebben verzet. Tot slot gaf de gemeente ons extra subsidie om ook in de winter tentoonstellingen te organiseren.’ Dit alles resulteerde erin dat Nienoord eindelijk weer zwarte cijfers kon schrijven. Daarnaast mag Nienoord hun handen dichtknijpen met het grand-café in de Borg van Nienoord. ‘Dat loopt als een lier’, zegt Geert. ‘Eén van de voorwaarden voor een subsidie was de mogelijkheid voor bezoekers om een kop koffie te kunnen drinken. Zo genereren wij enige omzet en zorg je ervoor dat bezoekers die niet voor het museum komen, toch even blijven. Wandelaars bijvoorbeeld.’ Geert is trots op de vooruitgang die Nienoord geboekt heeft en dit is niet in de laatste plaats te danken aan de directeur zelf. De immer bescheiden Pruiksma stond lange tijd maar voor twee dagen per week op de loonlijst, terwijl hij hier iedere dag rondliep. ‘Het was bizar hoeveel we moesten doen. Ik had hier vanaf het begin direct een dagtaak aan. Uiteraard is dit ook een soort hobby van mij, maar we hebben als medewerkers en vrijwilligers verschrikkelijk moeten aanpoten.’ Dat de directeur zelf voor een groot gedeelte vrijwillig bezig was, vindt hij logisch. ‘Als directeur ben ik ook verantwoordelijk voor het aansturen van de vrijwilligers. Dat kan je alleen doen als je zelf ook vrijwilliger bent. Anders kun je natuurlijk nooit van iemand verwachten dat ze een aantal uren in de week bepaalde taken verrichten, terwijl je zelf alles tegen betaling doet?’ Nu het met Nienoord weer de goede kant op gaat, richt het museum zich op de toekomst. Dat doen ze onder andere met het lanceren van een gloednieuwe app, die door het vooruitstrevende bedrijf DigitalReflex uit Leek is ontwikkeld. ‘Arjan Feenstra, eigenaar van DigitalReflex, heeft met veel enthousiasme een app gebouwd. Met die app kunnen bezoekers zien hoe de borg er vroeger uitzag en geef je een extra dimensie aan het museum bezoek. Daarnaast prikkel je de jeugd. Door leuke games aan de app te verbinden, kun je meer jeugd aantrekken’, meent Geert. Overigens vindt hij een app geen vereiste voor een museum. ‘Uiteindelijk komt de museumbezoeker voor de inhoud van een tentoonstelling. Maar door een app hieraan te verbinden, kun je de inhoud op een andere manier weergeven.’ Naast de app, zijn er een aantal verbeterpunten voor museum Nienoord. ‘Onze organisatie moet worden verbeterd. Wij lopen tegen dingen aan waar andere musea al aan het begin van de 21ste eeuw tegenaan liepen. En er is sprake van onderbezetting. Dat is echt dramatisch. We vragen ontzettend veel van onze vrijwilligers. Het is hier beregezellig en de sfeer is altijd goed, maar de vrijwilligers en medewerkers hebben het áltijd druk. Daarnaast hebben wij voor de nabije toekomst twee doelen. De eerste is het veiligstellen van onze bruidsschat, oftewel: onze rijtuigen. We zijn bezig met een lobby in Den Haag voor een structurele subsidie om onze collectie veilig te stellen. Tot slot is er  het vestigen van onze naam. We moeten zowel landelijk als regionaal op de kaart komen te staan. Andere musea moeten ons weten te vinden en mensen uit Leek en omstreken moeten het idee hebben dat als er iets leuks gebeurt, dat dit op Nienoord plaatsvindt.’ KADER
Landgoed Mensinge
‘Waarom het hier de goede kant op gaat en het voor Landgoed Mensinge in Roden lastiger gaat, dat durf ik zo snel niet te zeggen. Misschien dat er onderling veel onenigheid geweest is of dat hier de lijntjes onderling wat korter zijn. Als wij hier wat gedaan willen krijgen, dan is dat zo geregeld. We hebben wel eens meningsverschillen, maar iedereen kan goed met elkaar overweg. Zelfs met de gemeente hebben we korte lijnen, misschien dat Mensinge dit niet heeft met de gemeente Noordenveld. Wat in het voordeel van Mensinge spreekt, is dat Mensinge nog echt aanvoelt als een huis met een ziel. Dat heeft mede te maken met de oude bewoner die om de hoek woont. Daarnaast hebben ze met Nina Hiddema een uitstekende directrice in huis gehaald. Ik ken Nina goed, ze was eerst directrice bij het Geert Teis Theater in Stadskanaal. Wie weet dat zij de banden kan versterken en Landgoed Mensinge uit het dal kan trekken. Het zou ook mooi zijn als wij in combinatie met Mensinge een aantal tentoonstellingen kunnen organiseren. We kunnen elkaar goed helpen, we zijn immers geen concurrenten.’

UIT DE KRANT