Intelligente camera’s beveiligen voortaan bedrijventerreinen in Roden en Peize
Per 1 januari 2015
RODEN/PEIZE – De bedrijventerreinen in Roden en Peize werden een jaar of tien beveiligd door autosurveillance. In de pilot BeWare is gedurende drie jaar in de testomgeving Ceintuurbaan Noord ervaring opgedaan met behulp van camera’s die afwijkingen in reguliere patronen registreren. De proef met slimme technieken heeft zijn waarde gehad. Nu is – na een gedegen voorbereiding- collectieve veiligheidszorg met actieve camera-inzet aanstaande.
‘Het autootje verdwijnt inderdaad’, zegt Nico Borgman, parkmanager. ‘Dat systeem is toch wat achterhaald. Dat bleek ook wel toen we een tijd geleden een gewezen inbreker te gast hadden die ons wees op de veiligheid van de bedrijven. Kijk, dat autootje deed Leek er ook bij. Mensen met minder goede bedoelingen weten dat ook en liggen in de bosjes om te kijken wanneer hij de ronde in Leek gaat doen. En dus moest er op het gebied van veiligheid gewoon iets gebeuren’, zegt Borgman. Dat iets is overigens niet zomaar iets. Welnee! ’Het zijn zogenaamde intelligente camera’s. In principe staan ze op zwart en registreren ze niets als er niets bijzonders op de weg gebeurt. Maar stopt bijvoorbeeld een auto ergens, dan neemt de camera dat op en springt het beeld bij de surveillanten aan. Hij registreert dus bijzondere en ongewone handelingen. Bovendien is de camera zelf regulerend. Als bij een bedrijf bijvoorbeeld elke dag op een bepaald tijdstip veel auto’s stoppen of wegrijden, dan neemt hij dat op in zijn systeem en zal hij daar gaandeweg geen melding meer van maken’, zegt Borgman. In totaal komen zeven camera’s in Roden en twee in Peize te hangen, uiteraard op strategische plekken. De voorbereidende werkzaamheden zijn begonnen. De bedoeling is dat de camera’s per 1 januari volgend jaar operationeel zijn. Met het plaatsen van de camerabeveiliging is een bedrag van een kwart miljoen euro gemoeid.
Op de Westerd in Peize is mede door het aanleggen van het nieuwe beveiligingssysteem nu ook glasvezel. Een bijkomend voordeel dus. De gemeente Noordenveld draagt bij met een subsidie, zeker ook in het kader van de herstructurering van de industrieterreinen. ‘Het is een lang traject geweest. Ik denk dat we hier wel een jaar of vier mee bezig zijn geweest. En weet je, straks is ook dit weer achterhaald. Het is net als je een televisie of computer loopt. Vandaag is het nieuw, morgen zijn er al weer nieuwe ontwikkelingen. In de toekomst zal er in dit kader wellicht gewerkt worden met sensoren in de weg’, zegt Borgman.
Met dit systeem zijn Roden en Peize overigens wel trendsetters, zeker in het Noorden van het land. ‘Dit systeem loopt tot nu toe alleen in Heerenveen’, weet Borgman. ‘De ondernemers dragen nu zelf bij, maar waren dat wel al gewend omdat er ook voor ‘het autootje’ betaald werd. We hopen uiteraard dat het Ondernemersfonds straks een vervolg krijgt zodat het daar uit gefinancierd kan worden.’
Ondanks het feit dat Haarveld nog steeds akelig leeg staat, is en blijft Borgman optimistisch over de ontwikkelingen. ‘Er is wel beweging en er is wel interesse. Innovatieve bedrijven hikken echter een beetje tegen de investering in een pand aan. Die investeren liever in innovatie dan in stenen. Ik ben overigens van mening dat Noordenveld wat betreft de bestemming gewoon vast moet blijven houden aan hoogwaardige en duurzame bedrijven. Roden moet zich namelijk blijven onderscheiden. De vraag is echter hoe lang de politiek er vertrouwen in houdt. Of willen ze straks geld zien? Ik heb wel vertrouwen in dit college. Vasthouden aan de ingezette lijn is het beste, als je het mij vraagt. Overigens is het van belang dat ook het centrum van Roden een opkikker krijgt. Daar kijken bedrijven die zich hier willen vestigen toch ook naar. Net als de faciliteiten die een dorp biedt. Zo werkt dat gewoon. Je moet iets bieden. Bij VV Roden hebben we ooit de jeugdveldjes aangelegd. En ondanks het feit dat VV Roden qua bereikbaarheid niet de beste locatie is, leverde dat toch heel veel nieuwe leden op. Zo werkt dat met het centrum en het industrieterrein ook een beetje.’