In Memoriam: Sietze en Aafke Oldenburger?
De deur stond bij Sietze en Aafke altijd open
ZEVENHUIZEN – Zevenhuizen is een dorp met een hechte gemeenschap. Een maand geleden werd deze gemeenschap opgeschrikt door zeer triest nieuws. Sietze Oldenburger en Aafke Oldenburger-Kopinga, beiden geboren Zevenhuisters, overleden op dezelfde winterochtend in hun geboorteplaats. Wat zij achterlaten zijn warme herinneringen aan twee prachtige mensen, maar ook een leegte die vele nabestaanden zullen voelen. De Krant blikt terug op de levens van Sietze en Aafke, die voor altijd een plek hebben verworven in het hart van de inwoners van Zevenhuizen. Het overlijden van het echtpaar kan het best worden omschreven als een gemis in meervoud.
Een aangrijpende gebeurtenis
Zevenhuizen,
21 januari. De prille dag had net afscheid genomen van een koude, maar heldere
nacht. Velen waren eerder opgestaan om het wonder van de bloedrode maan te
bekijken, om daarna nog even het warme bed op te zoeken. Anderen smeerden
broodjes voor de aankomende werkdag. Niemand in Zevenhuizen kon beseffen dat
een paar uur later een aangrijpende gebeurtenis zou afspelen, welke velen zich
nog de rest van hun leven zullen blijven heugen.
Dat de gezondheid van eigenaar Sietze Oldenburger van autogarage Kopinga de
maanden ervoor behoorlijk achteruit was gegaan, was algemeen bekend. Toch kwam
zijn overlijden in de vroege morgen van 21 januari onverwacht. Ook voor zijn
echtgenote Aafke. Het plotseling overlijden van haar man greep haar zo aan, dat ook zij even later overleed. Toegesnelde
hulp en van omstanders (waaronder de twee monteurs van Kopinga) en de
verrichtingen van ambulancepersoneel, mocht niet meer baten. Sietse en Aafke,
twee lieve, hardwerkende en behulpzame mensen overleden vlak na elkaar. Wat
achterbleef was een groot verlies en verdriet voor beide kinderen,
kleinkinderen, familie en niet te vergeten voor heel Zevenhuizen en ver daar
omheen. Want iedereen kende het echtpaar.
Over Sietze en Aafke: twee uiterst zorgzame mensen
Sietze
Oldenburger werd geboren op 1 juli 1937 aan De Haspel in Zevenhuizen. Hij was
de derde in een rij van zeven kinderen. Tot aan zijn huwelijk met Aafke is
Sietze altijd aan De Haspel blijven wonen. Na zijn schooltijd, de militaire
dienst en een dienstverband bij Loonbedrijf Hasper, ging Sietze in de garage
van zijn schoonvader Ubel Kopinga werken.
Aafke Oldenburger-Kopinga is op 29 januari 1938 geboren. Aafke was een dochter
van Ubel Kopinga en Fenje van Wijk. Zij had twee zussen en een broer. Aafke
ging – na de lagere school in Allardsoog – naar de Huishoudschool. Daarna
werkte ze bij verschillende gezinnen in de huishouding en was ze nog een tijdje
werkzaam op het postkantoor, alwaar ze de telefooncentrale bediende.
In 1962 traden de twee in het huwelijksbootje. Uit hun huwelijk krijgen Aafke
en Sietze twee kinderen, Fennie en Auke. Kort na hun trouwen, wordt er gewerkt
aan een verhuizing. Er verrees een dubbele woning, waar aan de ene kant Aafke
en Sietze kwamen te wonen en aan de andere kant de ouders van Aafke. In 2004
volgde de verhuizing naar het voormalige Rabobank-gebouw. Het resultaat mocht
er zijn. Een prachtige woning met een dubbele garage. Die garage kwam overigens
niet vol te staan met auto’s, maar bood onderdak aan de antiekverzameling van
Aafke, waarover later meer.
Een week na
het plotselinge overlijden van Sietze en Aafke, is het verdriet uiteraard nog
groot. Zo ook bij Auke die aan de keukentafel van het ouderlijk huis zit.
Honderden steunbetuigingen in de vorm van condoleancekaarten staan verspreid
over meerdere bijzettafels. In het huis staan dozen, familieleden lopen heen en
weer. Voor Auke is de situatie nog heel onwerkelijk. ‘Van pa zagen we het
aankomen’, zegt hij. ‘De laatste maanden lukte het hem niet om koffie te komen
drinken op de zaak, terwijl hij dat de afgelopen jaren steevast deed.’ Echt
pensioen had Sietze nooit genomen. ‘Hij heeft het de laatste jaren wel rustiger
aangedaan, maar hij was er nog steeds.’
Sietze heeft het lang niet altijd makkelijk gehad. Al twee keer eerder lag hij
in het ziekenhuis. De eerste keer vanwege een nare bloeding, de laatste keer
(in 2009) vanwege een nieuwe hartklep. Vooral die laatste ingreep was heel
heftig. Zo heftig zelfs, dat de familie van Sietze zijn uitvaart al voorzichtig
aan het plannen was. ‘Pap lag in een diepe coma. De dokter, een Belg geloof ik,
vertelde ons dat er een wonder moest gebeuren wilde pap dit overleven’,
herinnert Auke zich. ‘Dat wonder gebeurde toch.’ Dat Sietze twee ingrijpende
ziekenhuisopnamen overleefde, is voor buitenstaanders maar moeilijk te
verklaren. Maar Auke weet hoe beresterk zijn vader altijd is geweest. ‘Hij ging
altijd door. Dat zat in zijn karakter. Hij was niet klein te krijgen.’
Sietze was een rustige man. Toen zijn schoonvader nog leefde en hij samen met
hem de garage bestierde, hielden Ubel en hij elkaar goed in evenwicht. Een man
met een klein hart ook, zo bleek meermaals. Sietze was daarnaast een ruimhartig
man. Daarin paste hij perfect bij Aafke, want ook zij stond altijd voor anderen
klaar. Het is altijd zoete inval geweest bij de familie Oldenburger. Het
echtpaar was ontzettend zorgzaam.
Dat zorgzame karakter heeft Aafke van haar moeder. Dat komt ook terug in de
laatste jaren van haar vader Ubel. Wanneer hij ziek wordt, neemt Aafke de zorg
eigenlijk als vanzelfsprekend op zich. Het is tekenend voor de persoon. Altijd
stond Aafke voor iedereen klaar. En wie bij haar aanklopte, stond nooit voor
een dichte deur.
Aafke was gek van antiek. Een hobby die zij deelt met een broer, met wie zij er
vaak op uit trok. De garage kwam steeds voller te staan met antiek. ‘Wat moet
je toch met al die spullen?’, vroeg Sietze soms ietwat geërgerd. Toch steunde
hij altijd de liefhebberij van zijn vrouw. Niet zelden vloog Sietze weer het
land in om een antieke kast op te halen. Dat deed hij zonder morren. Dankzij
haar hobby kreeg de rest van de familie ook steeds meer inzicht in antiek. En
wanneer ze erop werd gewezen dat ze toch wel erg veel antiek had, wees ze vaak
lachend naar haar broer en diens partner: ‘Het is hun schuld!’, klonk het dan.
Naast het antiek, mocht Aafke graag tuinieren. En wat te denken van de
overheerlijke cakes die ze bakte? ‘Toen de kerk werd verbouwd, kwam ze vaak
langs om cake te brengen’, zegt Auke. ‘En laatst was er nog een kerstmarkt in
het dorp waarvoor ze nog vele cakes heeft gebakken.’ Menig Zeuv’mhuuster denkt
nog watertandend terug aan de baksels van Aafke.
Sietze mocht graag vissen, maar had hier lang niet altijd tijd voor. Sietze en
Aafke vervulden namelijk een grote maatschappelijke rol in het dorp. Zo was Sietze
ouderling bij de kerk, heeft hij in het schoolbestuur gezeten en is hij meer
dan vijftig jaar bestuurslid geweest van Motor- en Autoclub 7huizen, bij de
meesten bekend als MAC-Z. Aafke zat onder meer bij de Plattelandsvrouwen en was
nooit te beroerd om zich ergens voor in te zetten. Of dat nou de kerk was, of
de school: op Aafke kon men een beroep doen.
Auke: ‘Wat mij vooral bij zal blijven van mijn ouders, is het feit dat ze
altijd voor iedereen klaar stonden. Ze waren zó zorgzaam….Ook de onverzettelijkheid
van pa is uniek. Ze stonden echt voor iedereen klaar. Allebei. Dat is tot het
eind zo gebleven.’
Een waardig afscheid
Niet lang na
de dood van het echtpaar Oldenburger-Kopinga, weet heel Zevenhuizen er al van.
Het gaat als een lopend vuurtje door het dorp. Steunbetuigingen stromen binnen.
Nabestaanden organiseren een passende uitvaart. Het zijn trieste dagen voor
Auke en Fennie. Gelukkig voelen zij zich gesteund door het diepe medeleven
vanuit Zevenhuizen en omstreken. Ze staan er niet alleen voor. Tijdens de
condoleance liggen Sietze en Aafke met z’n tweeën opgebaard in bed. Hand in
hand liggen zij naast elkaar. Precies zoals ze waren. Samen. Voor altijd.
De uitvaart maakt diepe indruk. De kisten die nog even stilstaan bij de pomp.
De prachtige Bedford waarop de kisten worden gelegd. En vooral de honderden
mensen en de uitpuilende kerk, maken de uitvaart tot een heel waardige. Er
worden verhalen vertelt, liederen gezongen en er is ruimte voor verdriet. Wat
nu rest, is de herinnering aan twee prachtige mensen. Voor altijd in het hart
van de Zevenhuisters gesloten. Opdat wij nooit vergeten.
Foto’s: Wobbe Gorter