Noordenvelders: Femke Wolthuis

Afbeelding
actueel

Jarenlang was Femke Wolthuis één van de bekende gezichten van RTL Nieuws. Maar de geboren Groningse verloochende haar afkomst nimmer. Toen ze na een jaar of twintig geen economische binding meer had met haar woonplaats Hilversum, bleek niets haar te stoppen om weer terug te keren naar het noorden. In Norg heeft ze haar plek gevonden. Of ze er blijft wonen? Een volmondig ‘ja!’ weerklinkt.


Het gehaakte vest van buurvrouw Wilma om haar schouders, een kop thee in haar hand en een vriendelijke glimlach op het gezicht. Een gebrek aan présence valt haar niet te verwijten. Geen wonder ook. Ze stond jarenlang op de planken, presenteerde het nieuws en is als dagvoorzitter vaak het middelpunt van de belangstelling. Eigenlijk wilde ze actrice worden, vroeger. ‘In een droomwereld leven, dat leek me wel wat’, zegt ze. ‘Ik had een heel romantisch idee van acteren.’


Dat romantische idee maakte dat ze als zestienjarig meisje de trein naar Maastricht pakte. Thuis zei ze dat ze op Tienertour ging, maar in feite had ze een auditie. ‘Ik was bang dat het niks werd. Als ik niemand vertelde dat ik auditie had, hoefde ik een eventuele afwijzing met niemand te delen.’ Die afwijzing kwam er niet, maar toch was vooral haar moeder teleurgesteld. ‘Ze had de brief gelezen voordat ik dat kon. Ze vond het heel erg dat ik niks durfde te zeggen over die auditie.’


Van Glimmen ging Femke naar Maastricht. Ze merkte het verschil in kleine dingen. ‘Het is haast niet uit te leggen’, zegt ze. Toch waagt ze een poging. ‘Dan zei ik bijvoorbeeld tegen een Limburger dat het buiten regende. Je zag zo iemand dan kijken met een blik van: ja, dus? De Groningers weten dat als iemand dat zegt, dat diegene daar iets van vindt. Snap je? Dan hebben ze nog was buiten hangen bijvoorbeeld.’


Het is die onbesproken band tussen noordelingen die Femke zo aanspreekt. Ze noemt Groningers en Drenten per definitie ‘lieve mensen’. De warmte van het noorden miste ze elders. Zo ook in Hilversum, waar ze twintig jaar woonde. ‘Maar ik had er nauwelijks contact. Een gesprek met de buren zat er niet in. Ik bouwde er verder ook geen vriendenkring op. Toen ik er niet meer werkzaam was, had ik eigenlijk geen enkele binding meer met Hilversum.’


En dus vertrok ze. Naar Norg, samen met haar partner Eric. ‘Ik vind het er fantastisch’, zegt ze. ‘Ik ben helemaal opgenomen door de Norgers en voel mij hier thuis. Soms vind ik dat men hier in de regio wel wat trotser mag zijn op wat we hebben en wie we zijn. Het is hier fantastisch.’ Dan kun je in Maastricht, Dublin en Hilversum hebben gewoond: Norg blijkt voor Femke heilig. ‘Ik heb hier elke dag zo’n gevoel alsof je terugkomt van vakantie. Dan kijk je meestal met een andere blik naar je omgeving, toch? Zo van: wat is het hier eigenlijk mooi! Nou, dat heb ik iedere dag.’


Femke bepaalt gaandeweg wat ze wil. Ze maakte ‘ontzettend leuke programma’s’ voor de tv en mocht ze nog eens de kans krijgen, dan zou ze alledaagse ontmoetingen tussen ‘gewone mensen’ willen filmen. ‘Ontmoetingen’ zou ze het noemen. Verder is er nog haar nieuwe band, Les Bohèmes genaamd.


Als culturele duizendpoot heeft ze het in Norg uitstekend naar haar zin. Al ziet ze nog meer potentie in het dorp. ‘Ik zou het kunnen waarderen als het Kunsterf hier in Norg een prominentere rol zou krijgen. Kijk naar Ootmarsum, het kunstenaarsdorp. Waarom zou je in de zomer niet proberen om Norg tot kunstenaarsdorp om te toveren?’


Maar dat is lastig, weet ook Femke. Want cultuur komt lang niet altijd op de eerste plek. ‘Ik vind dat we in Nederland het belang van cultuur onderschatten, zeker in vergelijking tot de sport. Op de radio worden gesprekken onderbroken, omdat er op een sportveld een doelpunt wordt gemaakt. Dat zou ik graag eens andersom zien. Dat men een voetbalwedstrijd onderbreekt omdat we naar een optreden van het Concertgebouworkest gaan. IJdele hoop, ik weet het, maar toch.’


De onvermijdelijke vraag of ze nog steeds veel herkend wordt, kan ze bevestigend beantwoorden. ‘Dat gebeurt nog steeds, maar ik heb het nooit erg gevonden. Ik liep eens met Jan de Hoop door de Efteling, maar hij werd echt aan zijn mouw getrokken alsof er aapjes aan hem hingen. Bij mij is het nooit vervelend geweest. Daarbij komt dat sommigen ook vooral mijn stem herkennen. Volgens Eric komt dat omdat ik jarenlang het ontbijtjournaal deed. Mensen zijn ’s ochtends met andere dingen bezig, en luisteren slechts naar de tv. Ach, mij maakt het niet uit. Het levert vaak weer leuke ontmoetingen op.’

UIT DE KRANT