Noordenvelders - Femke Knoop
Noordenvelders
Deel 11
Aan natuurlijk licht geen gebrek in
huize Knoop. Deze prachtige woning, gebouwd in de jaren ’30 van de vorige eeuw
en verbouwd in 1997, laat alles licht en luchtig aanvoelen. De grote ramen doen
het hem. Het is er heerlijk wonen, niet alleen voor Femke en haar vriend, maar
ook voor de kat die in de vensterbank geniet van de binnendringende zon. Het
scheelt niet veel of hij tikt een moestuintje van de Albert Heijn omver. Femke
houdt het dier met een liefkozende blik in de gaten.
Femke en haar vriend
betrekken de fraaie woning tegenover de Coöperatieve Landbouwvereniging Peize
sinds augustus 2015. Van origine zijn het Friezen, iets wat in een kort
onderhoud naar voren komt. Femke komt uit Sint Nicolaasga. ‘Diep in Friesland? Dat
valt mee hoor. Bij ons reed er tenminste een bus’, lacht ze. Dat ze zich thuis
voelt in Peize mag geen verrassing heten. ‘Qua omgeving lijkt het hier op Sint
Nicolaasga. Het is hier heel mooi wonen, met De Onlanden om de hoek. En
Groningen dichtbij natuurlijk.’ Ze woonde twaalf jaar in Stad en mag nog graag
even terugkeren in ‘050’. ‘Maar ik heb in de korte tijd dat ik hier woon al
meer over Peize geleerd, dan ik in al die jaren over Groningen te weten kwam’,
zegt Femke. Dat komt grotendeels door haar betrokkenheid bij de lokale
politiek. Ze is raadslid namens de grootste oppositiepartij in de gemeente:
Lijst Groen Noordenveld, kortweg LGN. ‘Ik kwam in 2017 met LGN in contact’,
herinnert Femke zich. ‘Dat was bij een lezing over honderd jaar vrouwenkiesrecht.
Die lezing werd gegeven door een collega van de Universiteit. Leuk, dacht ik,
laat ik maar eens heen gaan. Daar kwam ik in gesprek met Tineke Nieboer, één
van de aanjagers van deze lezing.’ Ze vervolgt: ‘We hadden het erover dat
vrouwen nog steeds ondervertegenwoordigd zijn in de politiek. Ik vind dat
inwoners zich vertegenwoordigd moeten voelen en stemde altijd al wel op een
vrouw, maar politieke ambities waren iets voor de toekomst. Totdat ik de
vergaderingen van LGN bezocht en ook raadsvergaderingen bijwoonde. Zo ben ik er
eigenlijk ingerold.’ Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 stond Femke op
plaats acht. Veel kans om in de raad te komen, leek er derhalve niet te zijn.
LGN verloor één zetel en ging van vier naar drie, maar Femke werd met voorkeursstemmen
raadslid. ‘Ik had dat totaal niet verwacht. De uitslag van de exitpolls werden
op de avond na de verkiezingen bekend. Die vrijdag erop werden de
voorkeursstemmen bekend. Ik was niets eens in de buurt, toen ik vrijdags gebeld
werd met de vraag of ik het grote nieuws al had gehoord. Toen wist ik nog van
niets. Bleek dat ik met voorkeursstemmen in de raad kwam. Halsoverkop ben ik
naar het gemeentehuis gegaan en in de haast had ik niet eens een paspoort bij
me. Het was kortom absoluut niet voorzien.’
Ze merkt dat het raadslidmaatschap haar veel kennis over de eigen regio
oplevert. ‘Ik kan het iedereen aanraden die nog maar net ergens is komen wonen.
Wil je echt wat van je gemeente te weten komen, stort je op de lokale
politiek!’
Over dan naar haar werk. Femke is freelance historicus. Vanuit die hoedanigheid
schreef ze het boek ‘Hirsch & Cie Amsterdam (1882-1976). Een boek over het
verdwenen modehuis Hirsch aan het Leidseplein. ‘Het begon als een scriptie over
dit modehuis. Daarna heb ik in opdracht dit boek geschreven’, legt Femke uit. Op
haar blog (www.hautehistoire.nl)
schrijft zij geregeld bijdragen. Haar fascinatie voor mode kwam al op jonge
leeftijd tot stand. ‘Mijn moeder maakte vaak zelf jurkjes en mijn oma’s waren
naaisters. Toen ik mij verdiepte in het verhaal van Hirsch, raakte ik
geïnteresseerd. Dat kwam door een verhaal van een naaister die de werkomgeving
omschreef als ‘een hel’. Ik ben daar in gaan duiken: waren die
werkomstandigheden echt zo slecht?’ Deze vraag mondde uiteindelijk uit in een
gelikt en 344 pagina’s tellend boek.
Haar schrijfstijl wil ze blijven verbeteren. Vandaar dat ze onlangs is begonnen
met een schrijfcursus. ‘Ik hou van studeren. Het liefst blijf ik dat tot mijn
negentigste doen. Kijkend naar mijn schrijven, dan zou ik het mooi vinden om
meer richting de literaire kant te gaan. Het boek was vooral een opsomming van
feiten en informatie. Maar je kunt ook de historie vertellen zoals bijvoorbeeld
Gerard Mak dat deed. Die doet dat op een heel andere manier.’