Noordenvelders: Nicole Schölvinck

Afbeelding
actueel

‘Ik gun iedereen een samenwerkingsschool’, concludeert Nicole Schölvinck op een zonovergoten schoolplein in Een. Ze is de eerste directeur van De Schans, een dorpsschool die ontstond uit de fusie van een openbare en een christelijke basisschool. Het samenvoegen van die scholen vormde een grote opgave, maar vier jaar na dato kan er met een gerust hart worden teruggekeken. Nicole, die zelf nog één jaar in Een les kreeg, kijkt met grote tevredenheid terug op de beginjaren van De Schans.


Afspreken op een basisschool is in de huidige tijd lastig. Ouders mogen niet naar binnen, buitenstaanders van de pers evenmin. Logisch. Tijd voor een interview heeft de directeur van De Schans gelukkig wel en bovendien boffen we met het weer. Buiten op een picknickbankje kan het gesprek alsnog plaatsvinden.


De in Veenhuizen woonachtige Nicole groeide op in Roderesch en Norg, maar woonde de eerste jaren van haar leven in Amsterdam. ‘Ik ben erg blij dat mijn ouders deze kant op zijn gegaan’, zegt ze. ‘Ik ben absoluut geen stadsmens. De drukte in het westen kan ik best missen. Ik heb nog veel familie en vrienden in de Randstad wonen. Als ik daar ben en we rijden over de ring in een slakkentempo, dan spreek ik over een file. Terwijl mijn vrienden juist blij zijn dat ze nog rijden. Nee, die drukte kan ik goed missen.’


Pas op latere leeftijd rolde Nicole het onderwijs in, maar niet voor ze als touroperator de wereld zag. ‘Ik was veel op reis, écht hartstikke leuk’, zegt ze. ‘Maar nadat ik dat een paar jaar gedaan had, vroeg ik me af of dat hetgeen was wat ik altijd wilde blijven doen.’


Het was op een schoolreisje van haar dochter naar het Boomkroonpad in Drouwen dat Nicole merkte hoe leuk het werken met kinderen is. ‘Ze zijn de hele dag met volle aandacht met allerlei dingen bezig en kijken heel anders naar de wereld dan volwassenen. Kinderen zijn onbevangen, hoe leuk is dat? Ik realiseerde mij dat ik met kinderen wilde gaan werken en ben de Pabo gaan doen.’


Tien jaar lang stond ze voor de klas. Op Het Valkhof in Roden leerde ze als plaatsvervangend directeur alvast de kneepjes van het vak en toen er in Een werd gezocht naar de eerste directeur voor de nieuwe samenwerkingsschool, barstte Nicole direct met ideeën. ‘Een openbare school en een christelijke school, hoe zou dat gaan? Ik had er wel een bepaalde gedachte bij en heb die uitgewerkt. Ik vind dat kinderen uit een klein dorp elkaar moeten ontmoeten op dezelfde sportclub, maar ook op dezelfde basisschool. Ik heb verteld hoe ik het zou doen en mocht mijn visie toelichten. Op basis daarvan ben ik aangenomen. De teamleden van beide scholen bleven na de fusie, ik was de enige die er nieuw was bijgekomen. Nu zijn we vier jaar verder. En het gaat eigenlijk hartstikke goed.’


Waar ouders aan het begin van de fusie nog konden kiezen of hun kinderen Bijbelles kregen, is dat sinds een jaar een standaardvak voor de leerlingen. ‘We kregen vragen vanuit de identiteitscommissie. We willen één school zijn, maar toch krijgen enkele leerlingen andere lessen dan de rest. Dat hoort toch niet zo? Een goede vraag en na een ouderraadpleging bleek dat bijna niemand er bezwaar mee had om de Bijbelles voor de gehele school in te stellen.’


Verder is er meer aandacht voor Kerstmis en Pasen. ‘En dan vooral het verhaal erachter. Dat verhaal wordt op andere scholen niet vaak verteld, of redelijk summier. Hier staan we er meer bij stil. Ik zie er zeker de voordelen van in. Alleen al op het gebied van het bijbrengen van normen en waarden, is de christelijke grondslag waardevol.’


De school is ontzettend belangrijk voor het dorp Een, weet Nicole. ‘We staan middenin de samenleving. Wanneer er een dorpsfeest of een voorstelling van de toneelvereniging is, dan wordt onze school vaak gebruikt als kleedruimte. Voor de leefbaarheid is de school ook heel belangrijk. Een is een beetje zoals het dorp van eerder. Een dorp waar veel gebeurt en waar men elkaar nog kent. Een groeidorp bovendien, dus voor jonge gezinnen heel interessant. En dan is het een voordeel dat er een school is voor het hele dorp.’


Na ruim veertien jaar in het onderwijs houdt Nicole nog steeds van het contact met de kinderen. ‘Als leraar heb je een grote verantwoordelijkheid voor de kinderen. Uiteindelijk gaat het om hen. Dat je kinderen met al hun mitsen en maren en kwaliteiten met een goed gevoel de samenleving in kunt sturen. Dat is de belangrijkste taak.’

UIT DE KRANT

Lees ook