Noordenvelders: Peter en Trijntje Wilner

Afbeelding
actueel

Een uitzondering wordt gemaakt voor Peter en Trijntje Wilner. Dit echtpaar, samen een team, zowel zakelijk als privé, deze week samen in de rubriek Noordenvelders. Peter is vanaf z’n 11e te vinden op de markt en Trijntje zit vanaf haar 18e in de vleeswaren. Hoewel ze elkaar op het werk ontmoetten, kregen ze verkering in dancing De Kruisweg. ‘Ik vond haar eerst maar niks’, grinnikt Peter, ‘ze kon niet eens fatsoenlijk Nederlands praten.’ Lachend legt Trijntje uit: ‘Ik kom van Roderesch, ofwel de Roege Bulten.’ Ze vonden elkaar toch en maakten familie Wilner in vleeswaren groot.


Het is dit jaar 50 jaar geleden dat pa Wilner de zaak begon. Peter was tien toen hij vanuit het westen naar Groningen kwam waar z’n vader een café begon, maar waar hij ook in aanraking kwam met het marktleven. Op een weekmarkt miste hij vleeswaren en noten. Met het idee ‘noten zijn een luxe, vleeswaren blijven ze eten’, stopte hij met het café, koos hij voor het vlees en begon hij met één verkoopwagen. Niet gek, dat het Peter met de paplepel is ingegoten. Het werd hem niet gevraagd, het was gewoon logisch dat hij al op jonge leeftijd mee moest werken op de markt. Pa Wilner stopte op z’n 60ste en inmiddels zitten naast Peter en Trijntje ook beide zoons in de zaak en werken een schoondochter en zelfs ook een kleindochter mee.


Het vrije gevoel, de omgang met mensen en het feit dat je nooit drie dagen achter elkaar dezelfde mensen tegenkomt. Dat is volgens beiden datgene wat hun werk zo leuk maakt. ‘En wat te denken van de reuring ’s ochtends al vóór zessen met de studenten in de stad’, zegt Peter. Eerder hadden ze vaak voordat de markt begon al 200 euro in de kassa.


Het is altijd genieten aan de wagen met veel bijzondere mensen. Zo hadden ze het koningshuis een poos aan de wagen. Het waren de jongens van prinses Margriet die destijds aan de Oude Boteringestraat woonden. Of het komische stel, de heer en mevrouw De Bok, met altijd een flinke portie humor. ‘Ik heb zoveel beleefd in de binnenstad’, vertelt Peter, ‘ik had alles moeten opschrijven, dan hadden we een bestseller gehad.’ Trijntje, ze staat met haar nieuwe knieën niet meer zoveel in de wagen, krijgt soms de groeten van een klant. Met een ‘ze koopt altijd dit of dat’ of een ‘je weet wel die altijd op vakantie gaat naar Spanje’ weet ze pas wie er wordt bedoeld.


Elke dag zijn ze vroeg uit de veren. Een aantal dagen begint Peter zelfs al om half vier en sluit Trijntje een half uurtje later aan, met een eerste koffiemoment om kwart voor vijf. Op vrijdag en zaterdag gaat Peter mee naar de markt en zijn ze tussen de bedrijven door ook nog twee dagen fulltime oppas-opa en -oma. Je zou denken op zondag een rustdag. Maar nee, ook dan zijn ze al om half vijf wakker om de bestellingen klaar te maken. Op tijd naar bed dan? Opnieuw schudt Peter zijn hoofd. ‘Het is een manier van leven waar we ons goed bij voelen. We hebben aan minder slaap genoeg.’


Terwijl Trijntje zich het gelukkigst voelt in de productie, ze mag graag koken en nieuwe recepten uitproberen, is Peter op z’n best op markt. ‘Het snijden van de vleeswaren, de verkoop én natuurlijk het praatje met de mensen.’ Het harde en vele werken, het eiste een paar keer z’n tol bij hem in de vorm van een burn-out. Hoewel hij vindt dat hij daarvan geleerd heeft, denk Trijntje daar anders over. Hij moet toegeven dat ze altijd bezig zijn om meer te verkopen. Het zit in beiden. ‘Nee zeggen vind ik moeilijk’, zegt Peter. ‘En dan zijn we allebei ook nog eens perfectionisten’, zucht Trijntje.


En dan hebben ze samen ook nog eens dezelfde grote hobby, namelijk het fokken van shetlanders. ‘Tja, je bent een paardenmens of je bent dat niet’, aldus Trijntje. Peter had altijd dravers en Trijntje reed altijd paard. Op een gegeven moment was Peter zover dat hij geen stront meer wilde scheppen. Hij wilde alles verkopen. Toch kroop het bloed waar het niet gaan kon toen hij tijdens z’n burn-out een mooie hengst tegenkwam. Trots tonen ze in de stallen hun shetlanders, die uitblinken in een combinatie van uitstraling en beweging.


Peter en Trijntje, ze geven aan nog niet te zijn uitgewerkt. Een opmerking van Paul de Leeuw heeft hij altijd onthouden. ‘Als ik nog populair ben, blijf ik gewoon. En zo denk ik er ook over.’ Beiden zouden de Noordenvelders de boodschap mee willen geven vooral gezond te blijven. ‘Én, kijk niet altijd naar anderen, maar wees tevreden met wat je doet en hebt’, zijn de woorden van Peter.

UIT DE KRANT

Lees ook