Noordenvelders; Roelf Piek

Afbeelding
actueel

Deel 31


RODEN – Hij zou ook prima in de rubriek ‘Geboren & getogen’ passen. Roelf Piek is geboren aan de Wilhelminastraat, in de woning boven het voormalige pand van de Zuivelhoeve. Hij groeide op in dezelfde straat en is daarna verhuisd naar de Acacialaan waar hij nog steeds met veel plezier woont. Roelf is een echte Roner. Roden heeft alles te bieden, vindt hij. Bovendien heeft –ie er zijn ‘biljartcluppie’ en niet te vergeten de Jaarbeurs. Vanaf 2006 is hij vrijwilliger bij dé beurs van het noorden, waar menig feestganger tot in de late uurtjes z’n tijd doorbrengt. Twee jaar later trad Roelf toe tot het bestuur en sindsdien is hij opperhoofd van de opbouw van de beurs. En omdat de 67e Jaarbeurs Roden vrijdag los gaat, is het tijd voor een onderonsje met de bouwcoördinator.  


Een drukte van belang, vrijdagmiddag op het jaarbeursterrein. Shovels, vrachtwagens, kranen met hijslussen scheuren over het perceel waar het vanaf vrijdag allemaal gaat gebeuren. Het duurt even voor Roelf Piek neer kan ploffen op een van de stoeltjes onder de luifel van de grote tent. De een na de ander heeft iets te vragen aan de bouwcoördinator. “Soms staan ze gewoon in de rij”, lacht Roelf die er uiterst koelbloedig onder blijft. Rust en overzicht is belangrijk, weet hij. “Natuurlijk, het zijn hectische dagen. Vooral vandaag. De units voor de artiesten worden gebracht, waarschijnlijk de toiletten ook. Je moet overal aan denken, weten waar alles moet staan. Sommigen worden daar wat zenuwachtig van. De grote tent staat er een dag later dan andere jaren. Ik maak me niet zo gauw druk. ‘Roelf blijft altijd rustig’, hoor ik vaak. Denk ook dat dat wel zo is. Ik ben van het overzicht. Hier lopen iedere dag tussen de 35 en 40 man rond. Bijna allemaal zijn ze met pensioen, anderen nemen twee weken vrij. Allemaal vinden ze het geweldig. Dat sfeertje hè? Zo mooi. Hier wordt wat af geouwehoerd. Mannen onder elkaar. Aan het einde van de dag even met elkaar een biertje drinken. Gezellig man.”


Denk maar niet dat het Jaarbeursbestuur pas ontwaakt tegen het einde van de zomervakantie. Nee zeg, iedere maand wordt er vergaderd, weet Piek te vertellen. “Er zit behoorlijk wat tijd in de voorbereidingen. Ieder jaar probeer je weer iets te verbeteren. Dit jaar hebben we een nieuwe tent. Groter. Vijf meter breder, drie meter hoger. En zwartwit. Mooi hè, die vlakken. Echt een eyecatcher vanaf de weg gezien.” Ondertussen hebben ook de bouwers de chief ontdekt op het stoeltje onder de tent. Of er een glazen deur wel een stukkie naar achteren mag, wil Bertus weten. Piek plukt een bouwtekening uit zijn zak. Bestudeert de plek en constateert dat een meter naar achter oké is. Een andere man wil weten waar een vracht gelost moet worden. En het clubje kerels dat bezig is in de grote tent is vooral nieuwsgierig naar het interview dat de coördinator geeft aan de Krant. Ze steken regelmatig hun hoofd om de hoek. Ze hebben zichtbaar lol in het werk. “Veertig verschillende karakters, je moet ze allemaal kennen. Barkhof is de oudste. Hij heeft al twee keer afscheid genomen. Maar hij kan het niet. Hij woont hier tegenover, aan de Molenweg. ‘Als ik weet dat jullie bezig zijn en dat ik er dan niet bij ben, daar moet ik niet aan denken ’, zegt hij dan. Mooi toch? Hij heeft zoveel kennis, dat is voor ons heel waardevol.”


Hoe Piek zelf Rodermarkt viert, willen we weten. “Anders dan vroeger. Toen ging ik tot een uurtje of drie, vier op stap. Dat houd ik niet meer vol”, lacht de coördinator. “Meestal gaan we rond een uurtje of drie ’s middag even een biertje halen. Tot een uur of negen. Dan is het wel mooi geweest”, aldus de ras-Roner, die niet van plan is ooit nog eens te gaan verkassen. “Ik hoef niet naar de stad. Hier is alles. Ik heb broers in Amsterdam, Sebaldeburen en in Duitsland, in de buurt Münster. We zien elkaar 1 keer per jaar, met kerst. Al mijn vrienden en bekenden wonen hier. Heb hier mijn biljartclub. Bij voetbalvereniging ONR. We hebben twee trainingsavonden, waarvan je er een kiest. 16 spelende leden hebben we. Gezelligheid is belangrijk, zeker, maar goed biljarten ook. Je best doen. Verliezen oké, maar dan het liefst met een hoog gemiddelde.” Nog een hobby van Piek: muziek. Zonder muziek geen leven, stelt hij. “Waar ik van houd? Dat hangt af in welke stemming ik ben. Van hardrock tot country. En een beetje gitaarspelen, doe ik ook. Vroeger danste ik veel. Dat doe ik niet meer. De heupen zijn niet meer zo smeuïg, haha. Ik luister elke dag muziek. Zet iTunes aan op mijn computer, heb een behoorlijk lijstje.” Piek is nog niet van plan te stoppen als coördinator. “Ik denk dat ik samen met Rob Damkat het langst zittende bestuurslid ben. Lucas Schoonbeek zegt altijd: ‘volgend jaar weer hè?’ ‘Goed jongen’, zeg ik dan.”

UIT DE KRANT

Lees ook