Reizen en trekken

Afbeelding
actueel

Afgelopen week stond ik met een kraam op de kampeerbeurs. We namen bezoekers mee in de wereld van reisfotografie en onze reisbelevenissen in Nepal. Veel mensen begonnen enthousiast over hun eigen ervaringen te vertellen. Prachtige reisverhalen kwamen voorbij. Op een gegeven moment begint een oudere man over zijn Zuid Amerika reisbelevenissen te vertellen. Een reis van tientallen jaren terug. Je zag hem in gedachten terug gaan naar toen. “Ik krijg helemaal kippenvel en koude rillingen nu ik met jou over mijn reis praat”. “Ik zie het weer helemaal voor me”. “Mijn huidige partner houdt niet van verre reizen, dank je wel dat ik dit met je mocht delen”. Reizen is herinneringen maken.


Op een rustig moment vroeg ik me af in hoeverre mensen en dieren hierin verschillen. Wij kennen ‘huismussen’ die liever thuis blijven en avonturiers die er graag op uit gaan. Ik zag enkele paralellen maar ook verschillen.


Het grote verschil zit hem in de noodzaak. Dieren reizen niet, zoals mensen, voor hun plezier en herinneringen. Dieren trekken om te overleven. Redenen om op pad te gaan zijn meestal voedsel(gebrek) of voortplanting. Veel dieren trekken met de seizoenen mee. Het lijkt alsof ze een ingebouwde kalender bezitten. Trekvogels vliegen van koude naar warme gebieden om te overwinteren en terug. Er zijn ook dieren die de droogte ontvluchten en op zoek naar plaatsen waar wel voedsel te vinden is. Zodra de regentijd aanbreekt trekken ze terug. Dat zie je bijvoorbeeld op de Afrikaanse steppen.


Ook voortplanting is een reden om op reis te gaan. Ze trekken naar een bepaald gebied om eieren te leggen of jongen te krijgen. Je ziet dat bijvoorbeeld bij vissoorten. Velen kennen de verhalen van de paling en zalm. Jonge vissen worden in de bovenloop van rivieren geboren. Ze zwemmen naar zee en blijven daar tot ze volwassen zijn. Op een gegeven moment trekken ze terug naar de rivier waar ze geboren zijn. Ze paren en leggen daar eitjes. Van de paling weten we, door onderzoek met zendertjes, dat ze afstanden van wel 6.000 kilometer afleggen. Walvissen zoeken voedsel in de noordelijke koude oceanen. Voor het baren van de jongen trekken ze naar de warme, tropische zeeën. Dichter bij huis vindt de jaarlijkse paddentrek plaats. Ze trekken in het voorjaar naar sloten en poeltjes. Daar paren ze en leggen ze hun eitjes.


Iedereen kent de jaarlijkse vogeltrek. Niet elke vogel trekt even ver. Sommige soorten trekken kleine stukjes, anderen vliegen duizenden kilometers ver. Kanoeten vliegen bijvoorbeeld wel 4.000 tot 5.000 kilometer. In één keer van de kust van Mauritanië naar de Waddenzee.


De vlindertrek is minder bekend. Veel vlinders overwinteren in Nederland als ei, rups of pop maar er zijn ook trekvlinders. Zij houden niet van de kou en trekken in het najaar weg. Ze vliegen naar warme landen, zoals Frankrijk, Portugal en Spanje. Ze leggen daar hun eitjes. Bekende trekvlinders zijn de Atalanta en Distelvlinder.


De dierentrek levert ook fabels op. Bekend is die van de lemmingen-zelfmoord. Zo nu een dan is er een overbevolking onder de lemmingen. Ze trekken dan massaal weg. Volgens volksverhalen is deze lemmingtrek niet te stoppen en storten de diertjes zich massaal in zee. Dit is een broodje aap verhaal versterkt door een Walt Disneyfilm uit 1958.


Mensen trekken erop uit voor hun plezier. Ik neem aan dat niet voedselgebrek of voortplantingsdrang de drijfveren zijn. Ik hou in ieder geval van nieuwe landschappen, andere culturen en het avontuur. Ik kijk alweer uit naar de volgende reis, nieuwe herinneringen maken.


Andre Brasse - Puur Natuur - dec. 2022

UIT DE KRANT

Lees ook