Relaxed genieten van je laatste fase

Afbeelding
actueel

Hospice in Leek?

WESTERKWARTIER-NOORDENVELD – Een fijn huis waar je op je dooie gemakje kunt sterven. Alles mag, niks moet. Als het aan initiatiefnemers Marijke Pots en Margreet Berends ligt, komt er binnenkort zo’n sterfhuis voor terminaal zieken in het Westerkwartier of Noordenveld. Al vanaf januari werken de dames hard om een hospice te realiseren. Ze hebben hun oog laten vallen op een pand in Leek. Of dat lukt, horen ze rond de kerst.

Doodgaan. Als het dan tóch moet, doe je dat het liefst thuis, is het niet? Maar wat als dat niet gaat? Het de naaste familie te zwaar wordt? Dan is een hospice, een bijna-thuis-huis, een uitstekend alternatief. Pots, inmiddels gepensioneerd, werkte jarenlang als manager bij de Friese Wouden Thuiszorg. Al eerder zette zij een hospice op in Beetsterzwaag en stelde Berends aan als coördinator. Beiden voelen ze zich sterk verbonden met de palliatieve terminale zorg. “Ik vind het een heel mooie vorm van zorg. Alle zorg in een hospice is erop gericht om de laatste levensfase van terminale patiënten zo fijn mogelijk te maken”, vertelt Berends die haar eigen praktijk heeft in rituele begeleiding bij sterven, ziekte en rouw. “Omdat er helemaal niets meer hoeft, zie je de mens als puurste wezen. Dat is zo bijzonder. Sommige mensen zijn heel zakelijk. Afstandelijk soms. Anderen zoeken juist veel toenadering. Daarom ben je als begeleider de ene keer op de achtergrond, een andere keer neem je iemand aan de hand.”

Drie ton

Het grote struikelblok is het onderkomen. De dames zijn in onderhandeling voor een huurpand in Leek, maar of dat doorgaat is nog niet zeker. Maar zodra het licht op groen staat, kunnen de subsidieaanvragen beginnen. Dat gebeurt door een externe organisatie die zich alleen met dergelijke subsidies bezighoudt. Dat er geld los komt, is zoveel als zeker, weet Pots. Omliggende gemeenten staan volledig achter het plan, maar financieren de boel niet. Er is door de toenemende bezuinigingen simpelweg geen geld voor. Drie ton is er nodig. “Twee voor de verbouwing, één ton om het eerste jaar door te komen. En dan praten we over een gebouw waar drie terminale patiënten gehuisvest kunnen worden. Dat lijkt misschien wat weinig, maar drie personen is echt voldoende, dat is in verschillende onderzoeken aangetoond.” Uiteraard is dat toe te schrijven aan de doorstroom die erin het proces zit. De gemiddelde gast verblijft er hooguit zes maanden, dan is ie –meestal- wel dood. Dat komt omdat iemand, wil hij in aanmerking komen voor opname in een hospice, over een indicatie voor terminale thuiszorg moet beschikken van een week tot zes maanden. Ook moet de medische zorg gewaarborgd zijn. Dat wil zeggen dat de huisarts van de patiënt mee moet werken aan de opname.

Om een pand geschikt te maken als sterfhuis, moet er het nodige gebeuren. Zo moeten er behalve drie slaapkamers ook drie huiskamers en logeerkamers ter beschikking zijn. Voor familie of vrienden die willen blijven slapen. Alles mag immers, en niets moet. Zelfs de hond mag blijven logeren. En daar komen de badkamers, keuken en het kantoor voor de organisatie nog eens bij. Bij opname van drie mensen zijn alleen al ongeveer zestig vrijwilligers nodig, weet Berends. “Al dertien mensen hebben zich spontaan gemeld. Geweldig toch?”, zegt Pots die de hospice graag in de regio Westerkwartier/Noordenveld ziet. “De dichtstbijzijnde bijna-thuis-huizen staan in Drachten, Groningen en Assen. Wij willen daar graag tussenin zitten. Hoe mooi is het dat je kunt sterven op de plek waar je altijd hebt gewoond of gewerkt?”

De eigen bijdrage voor het verblijf in de hospice is veertig euro per dag. Dat geld is nodig voor de boodschappen: eten, drinken en waspoeder bijvoorbeeld. Mocht iemand dat niet zelf kunnen betalen, zijn gemeenten bereid om uit een speciaal potje het tekort aan te vullen, weet Pots. De structuur binnen de hospice is als volgt: van het hele team bestaat 80 tot 90 procent uit vrijwilligers die allemaal professioneel worden opgeleid. De overige 10 tot 20 procent zijn professioneel verpleegkundigen. Hun salaris wordt gestort door de zorgverzekeringswet, de voormalige AWBZ.

Mooi doodgaan

Je sterffase zou maar zo eens de fijnste tijd van je leven kunnen worden. Het klinkt nogal bizar, maar doodgaan kan ook heel mooi zijn, volgens de dames. “Ik heb veel onderlinge verhoudingen weer zien opbloeien. Families die opnieuw naar elkaar toegroeien. Als een naaste terminaal ziek wordt, verandert er een hoop voor een echtgenoot, of het kind. Zij krijgen de zware taak van verzorgende toebedeeld. Wanneer een gast, patiënten noemen we hier gasten, in een hospice verblijft, verandert de partner weer van verpleger in echtgenoot. Wij kunnen er echt voor iemand zijn. En ook voor de naasten. Zij hebben het soms nog moeilijker dan de persoon die op sterven ligt. Zal ik eens een mooi verhaal vertellen?”, zegt Pots terwijl ze op het puntje van haar bank gaat zitten. “Ik heb eens een jonge vrouw begeleid. Moeder van twee kinderen. Iedere dag verheugde zij het meest op het moment dat ze met mij een sigaretje kon roken. Iets dat normaal nergens kan. Ik deed het wel. Ze zat er zó van te genieten. Samen met haar heb ik de jurk uitgezocht die ze wilde dragen in de kist. Ik beloofde haar dat ze mooi opgemaakt zou worden. Uiteindelijk nam ze, door euthanasie, lachend afscheid van haar kinderen. Nou, dát raak je nooit meer kwijt hè?”, vertelt Pots een tikkeltje ingetogen. “Zo mooi kan doodgaan zijn.” Als alles meezit, dat wil zeggen dat het pand is afgevinkt, zou de hospice medio juni-juli een feit kunnen zijn. Meer informatie over het initiatief is te vinden op www.hospice-westerkwartier-noordenveld.nl

UIT DE KRANT