Spreeuwen

Afbeelding
Puur natuur
In de vogelgids ’Vogels van Europa’ (van Lars Jonsson) wordt bij de Spreeuw gemeld: ”Eén van de mooist gekleurde vogels van Noord-Europa” en daar is geen woord van gelogen. Oppervlakkig bekeken (op afstand) zie je het er niet aan af, maar wanneer je hem (of haar) met een kijker vol in beeld hebt zie je het wel. In deze tijd zijn ze fraai gestippeld, maar later, als ze gaan broeden, verdwijnen de witte stippen en vallen de prachtige bronsgroene en purperachtige kleuren op.
Van de Spreeuw wordt door menigeen nog gedacht dat het een zeer algemene vogel is. Algemeen is hij zeker nog wel, maar de aantallen zijn dramatisch afgenomen. Daar zijn meerdere oorzaken voor aan te wijzen. De meest belangrijke is het afnemende voedselaanbod. Dit wordt vooral veroorzaakt door de intensieve landbouw. Je ziet ze meestal in graslanden, maar als daar de grondwaterstand is verlaagd is dat funest voor het bodemleven. Het klinkt misschien gek, maar vaak is er sprake van verdroging. Als je daarbij ook nog eens voegt dat door veel boeren alles kapot gespoten wordt wat maar naar natuur riekt valt er niets meer te halen. Voor boeren die uit zijn op een zo hoog mogelijke productie wel, voor vogels echter niet en dat geldt niet alleen voor de Spreeuw. Het geldt vooral ook voor de weidevogels en er zijn veel meer die gebaat zijn bij bloeiende kruidenrijke graslanden waar tal van wilde planten bloeien waarop insecten afkomen. Dat is voer voor vogels. Spreeuwen zie je dan ook voornamelijk in graslanden waar nog op een wat natuurlijker wijze wordt geboerd en, dat is ook zeer belangrijk, waar het grondwaterpeil niet te veel is verlaagd. Maar waar is dat nog het geval?
Omstreeks 1980 werd het aantal broedparen in Nederland nog geschat op misschien wel een miljoen. In 2000 was dat aantal al gekelderd naar pakweg 700.000. Dat kun je een forse achteruitgang noemen. Nu we wachten op de nieuwe broedvogelatlas mag je met de nodige vrees uitzien naar de ontwikkelingen sinds 2000. Zoals al is opgemerkt is de achteruitgang dramatisch te noemen. Zelf verwacht ik dat het aantal broedparen in Nederland misschien wel is gezakt naar een slordige 300.000. Dat zou betekenen dat er nog maar een derde over is van wat niet eens zo lang geleden als normaal werd gezien. Dat moet straks nog wel definitief blijken, maar een feit is wel dat de overlevingskansen van jonge spreeuwen in het eerste jaar in de loop der jaren steeds kleiner  is geworden. Dat percentage lag eerst op 30%, maar nu nog maar op 12%. Dat is ook een significante afname. Door deze ontwikkeling wordt de jaarlijkse achteruitgang van de populatie geschat op ca. 5%. Die 30% voldeed om de populatie in stand te houden, maar met 12% niet. Overigens is ook elders sprake van een achteruitgang, maar Nederland spant wat dat betreft de kroon. Dat is iets waar je best even bij mag stilstaan.
Nou was ik van plan om ’een leuk stukje’ over de Spreeuw te schrijven, die u trouwens ziet afgebeeld op de foto van Pia Zomer. Wie een beetje oplet zal het niet zijn ontgaan dat tal van vogels alweer hun liedje laten horen en de Spreeuw is er één van. Het is een goede zanger die ook nog eens een heel goede imitator is. Naast de zang van andere vogels kan hij echt de meest gekke geluiden nadoen. In sommige streken van het land zijn ze niet zo gek op de Spreeuw, bijvoorbeeld in de Betuwe. Ze lusten namelijk graag een kersje en dat wordt ze door de kwekers niet gegund. Zelf heb ik op een stageplek een tijdje meegewerkt aan een onderzoek dat werd medegefinancierd door Philips. Dat vond plaats in 1968 en richtte zich op het verjagen van spreeuwen door het afspelen van een bandje met angstkreten van spreeuwen. Zodra er een groepje spreeuwen in een boomgaard landde werd door mij en anderen vanuit een uitkijkpost een luidspreker op gericht en het bandje gestart. Wat dat teweeg bracht werd genoteerd. Slapen deed ik daar in een tentje op een open plek. De leider van het geheel had er ook zijn tent neergezet (een De Waard type Albatros), maar onder de bomen. In een weekeinde dat hij weg was landde ’s morgensvroeg een zwerm spreeuwen die zich tegoed deed aan de kersen. Heel veel kersen kwamen terecht op zijn dure tent die daardoor een kleurverandering onderging. Daar was hij niet blij mee…

UIT DE KRANT