Veenhuizen eindelijk werelderfgoed
‘De erfgoedstatus geeft een nieuwe boost en trekt pioniers’
VEENHUIZEN – Lang, heel lang moesten de Koloniën van Weldadigheid wachten op het oordeel over de toekenning van de UNESCO werelderfgoedstatus. De verwachting was dat het werelderfgoedcomité afgelopen zondag een besluit zou nemen. Op die dag stonden de Koloniën namelijk op de agenda van de vergadering van het comité, dat dit jaar plaatsvindt in het Chinese Fuzhou. In Veenhuizen werd alles in gereedheid gebracht om de werelderfgoedstatus te vieren. De vlag werd echter niet gehesen en de champagneflessen niet ontkurkt. De vergadering van het comité liep dusdanig uit dat het besluit over de werelderfgoedstatus van de Koloniën werd uitgesteld. Maandagmiddag kwam het verlossende woord alsnog, waardoor Veenhuizen, Wilhelminaoord, Frederiksoord en Wortel zichzelf officieel werelderfgoed mogen noemen.
Achttien jaar geleden was het toenmalig burgemeester Hans van der Laan van de gemeente Noordenveld die het eerste initiatief nam om met Veenhuizen op de werelderfgoedlijst van de UNESCO te komen. Het verhaal van het gevangenisdorp staat echter niet los van dat van de andere koloniën, die in de negentiende eeuw als armoedebestrijdingsproject werden opgericht door generaal Johannes van den Bosch. In 2018 probeerde Veenhuizen samen met de koloniën Frederiksoord, Wilhelminaoord, Willemsoord, Ommerschans, Wortel en Merksplas al de werelderfgoedstatus te krijgen, maar dat lukte toen niet. In Willemsoord, Ommerschans en Merksplas was te weinig overgeleverd van de geschiedenis. Over de overige koloniën oordeelde het ICOMOS, dat de UNESCO adviseert over de werelderfgoedlijst, wel positief. Daarom deden Veenhuizen, Frederiksoord, Wilhelminaoord en Wortel vorig jaar een nieuwe poging. Vanwege de coronapandemie ging de vergadering van het werelderfgoedcomité toen echter niet door, waardoor het besluit met een jaar werd uitgesteld. Dit jaar is het dan eindelijk zo ver en horen de koloniën of de prestigieuze werelderfgoedstatus na jaren van voorbereiding eindelijk aan hen wordt toegekend. Organisaties die actief zijn in het gebied zien vooral voordelen van een plek op de werelderfgoedlijst.
Lambert Sijens, voorzitter van Stichting Bewonersbelangen Veenhuizen, is positief over de werelderfgoedstatus. ‘Het merendeel van het dorp vindt het heel mooi en staat er ook achter,’ zegt hij. Sijens verwacht een toename van het toerisme. ‘In algemene zin heeft dat een positieve invloed op werkgelegenheid. Veenhuizen is nog steeds erg afhankelijk van de gevangenissen. Persoonlijk hoop ik dat de erfgoedstatus ook helpt om de gevangenissen open te houden. Dat is ook een deel van de geschiedenis van het dorp.’ Wel is Sijens van mening dat inwoners geen overlast moeten ervaren van het toerisme, ook niet in het toeristische cluster rondom het Gevangenismuseum. Bovendien vindt hij dat er geen nieuwe toeristische attracties moeten komen in de Kerklaan. ‘Er zal meer samenwerking moeten komen, ook met Veenhuizen Boeit en De Nieuwe Rentmeesters,’ aldus Sijens. ‘Ik zie het wel zitten met die partijen.’
Christine Stille, secretaris van de Ondernemerskring Veenhuizen, ziet vooral voordelen van de werelderfgoedstatus. ‘De status is enorm goed voor het behoud van panden, doordat het makkelijker wordt om subsidies binnen te halen. Zo’n status heeft toch een bepaalde allure,’ aldus Stille. ‘De status en de overname van het vastgoed door De Nieuwe Rentmeesters bieden meer zekerheid voor ondernemers. Daardoor durven ze nu ook meer te investeren.’ Stille hoopt dat de werelderfgoedstatus er ook voor zorgt dat toeristen niet alleen in het voorjaar en de zomer naar Veenhuizen komen, maar dat de toeristenstroom wordt verspreid over het hele jaar. ‘Dat zou fijn zijn, zowel voor ondernemers als ook voor inwoners.’ Grote nadelen ziet Stille niet. ‘Bij enkele omwonenden bestaat wel de angst dat Veenhuizen een soort Giethoorn wordt, maar de meeste ondernemers staan er nuchter in,’ aldus Stille. ‘Je hebt het nooit helemaal zelf in de hand, maar ik zie hier niet gebeuren wat in Giethoorn is gebeurd. De activiteiten zijn hier grotendeels geconcentreerd op één plek, waardoor toeristen niet het hele dorp doorkruisen en er minder overlast is.’
Ook natuurorganisaties Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten zijn positief. ‘Voor ons verandert er niet veel,’ aldus boswachter Corné Joziasse van Staatsbosbeheer. ‘Wij zijn beheerder van de bossen bij Veenhuizen en dat blijft zo.’ Hij ziet niet direct kansen voor zijn organisatie met het verkrijgen van de werelderfgoedstatus. Recreatieve voorzieningen zijn er al, met wandelroutes die door het bos voeren. Hoe dat in de toekomst gaat? Dat weet Joziasse niet. ‘Het bos speelt geen hoofdrol. Het gaat vooral om het culturele erfgoed. Het is belangrijk dat dat behouden blijft en op de kaart wordt gezet.’
Natuurmonumenten heeft geen natuurgebied in Veenhuizen, maar het dorp vormt historisch gezien wel een poort naar het Fochteloërveen, dat Natuurmonumenten beheert. Bovendien houdt de organisatie kantoor in Veenhuizen. ‘Indirect heeft de werelderfgoedstatus effect op het veen,’ zegt Enit Scholtens van Natuurmonumenten. ‘Daarom is het belangrijk om mee te denken en op de hoogte te zijn. Met alle partijen hebben we een recreatievisie opgesteld voor het Fochteloërveen en de kansen die het werelderfgoed biedt.’ Veenhuizen is echter niet alleen een belangrijke poort naar het veen, maar ook naar het Norger esdorpenlandschap, waar Natuurmonumenten ook natuurgebieden heeft. ‘Het zou mooi zijn als we daar ook meer mensen naartoe kunnen krijgen, omdat dat ook minder kwetsbaar is dan het Fochteloërveen. De link tussen cultuurhistorie, natuur en recreatie is interessant.’ Scholtens kijkt dan ook uit naar de toekomst: ‘De erfgoedstatus biedt kansen. Het geeft een nieuwe boost en trekt pioniers. Daarnaast is Veenhuizen gewoon een heel prettige plek.’
Voorzitter Otto Huisman van Veenhuizen Boeit vindt het vooral belangrijk dat de status verzekert dat het erfgoed van Veenhuizen behouden blijft. ‘Dan kunnen we aan de slag,’ zegt hij. ‘Het wordt een boeiende periode, want straks begint ook het nieuwe consortium dat het vastgoed heeft overgenomen van het Rijk. Dan kunnen we los met nieuwe plannen. Wij zijn er klaar voor.’ Huisman verwacht een verdubbeling van het aantal bezoekers door de toekenning van de werelderfgoedstatus. ‘De aantallen groeien nog steeds. Op dit moment is het ook smoordruk.’ Risico’s ziet hij niet. ‘Het is geen pretpark en dat wordt het ook niet. Het is belangrijk om het geschiedenisverhaal te vertellen. Dat trekt toch een bepaalde kwaliteit bezoekers.’ Wel is Huisman er alert op dat ook inwoners worden meegenomen in het verhaal en dat de overlast voor hen wordt beperkt. ‘Daar moeten we goed naar kijken.’ Samen met de gemeente bereidt Veenhuizen Boeit een groot feest voor om de erfgoedstatus te vieren met de inwoners. Dat zal op zaterdag 25 september plaatsvinden. Over de inhoud van dit feest wordt later meer bekend.