‘We blijven investeren, maar voor hetzelfde geld ligt er straks een brief op de mat’

||||
|||| Foto: ||||
actueel

Boeren op de Blakervelderhoeve


LANGELO – De Lakenvelders en de Blaarkoppen staan vrolijk te loeien in de landerijen van de Blakervelderhoeve in Langelo. Een stuk of vijf kalfjes staan in hun speciale kalverenstal te sabbelen aan spenen waar warme moedermelk uitkomt. Ze moesten eens weten dat ze onderwerp zijn van een verhitte stikstofdiscussie. Wim en Tessa Ram kunnen zich niet voorstellen dat ze weg moeten. Of moeten halveren. Toch zijn ze er niet gerust op. Zekerheid is er niet, antwoorden op vragen evenmin. Volgens de stikstofkaart die staatssecretaris Christine van der Wal vorige maand dropte, moet het boerenbedrijf met 47 procent krimpen. ‘Het is schandalig hoe de overheid omgaat met boeren. Via de media moet je vernemen wat er met je bedrijf gebeurt.’


Wim Ram loopt met een kalfje in zijn armen door de stal. Het dier is een dag eerder geboren. Nu moet het leren om zelfstandig uit een speen te drinken. Wim kruipt in de stal om het kalfje een handje te helpen. Na tien minuten heeft ze ontdekt hoe het werkt. De boer uit Langelo fokt en houdt Lakenvelders en Blaarkoppen, oudhollandse koeienrassen. Het zijn beschermde diersoorten, als er ergens een ziekte uitbreekt, gaan ze in quarantaine. Koeien, vaarsjes en stieren, blijven op de boerderij. De dames worden twee keer per dag gemolken, de stieren blijven tot ze drie jaar oud zijn.


Het hele gedoe rond de stikstofcrisis houdt Wim en Tessa regelmatig uit hun slaap. ‘We krijgen veel vragen: jullie gaan toch niet inkrimpen? Wat moeten we daarop zeggen? We weten het niet. Als we inzoomen op de stikstofkaart dan valt onze boerderij in het gebied dat 47 procent moet inkrimpen. Dat zou voor ons einde verhaal betekenen. We kunnen het ons niet voorstellen, we zitten aan de goede kant, boeren natuurinclusief. Maar het zijn allemaal aannames. Zekerheid hebben we niet. Niemand die ons antwoorden kan geven. Inmiddels is er contact geweest met de Provincie Drenthe voor een afspraak. Ze willen bij ons komen kijken. Een collega-boer uit Frieschepalen moet stoppen. Dat kregen ze in mei van dit jaar te horen via een brief van de provincie. Met een dreigement van onteigening moeten ze ‘vrijwillig’ stoppen. Een duurzaam familiebedrijf dat al decennialang bestaat. Veertig jaar hard werken is voor niets geweest. Dan denk je: we zijn goed bezig, ze slaan mij over. Niet dus. Ze kijken naar de kaart, niet naar de bedrijfsvoering’, zegt Wim die ervan overtuigd is dat de berekeningen zoals de overheid ze voorschotelt niet kloppen. Bij het invullen van de kringloopwijzer, een document dat de mineralenkringlopen per bedrijf in beeld brengt, gaat het al mis volgens de boer. ‘Toen we de stikstofwaarde in de mest (waardes die volautomatisch worden berekend en waar dus niet mee gesjoemeld kan worden) wilden invullen, gaf het systeem een foutmelding. Het systeem accepteerde de waarde niet, die was te laag. We hebben dus een hogere waarde in moeten vullen dan de werkelijke waarde. Daar ga je al. Het systeem klopt niet. En vul je de kringloopwijzer niet in, halen ze de melk niet op. Dat die waarde bij ons zo laag ligt, komt omdat we anders voeren. Onze koeien krijgen alleen gras en bierbostel, een afvalproduct bij de productie van bier. Het is een zoetige pulp. 100 procent natuurlijk. Koeien zijn er dol op.’


Grasklavers


Behalve anders voeren, kun je het stikstofprobleem ook op een andere manier oplossen, meent Ram. ‘Wij hebben ons land ingezaaid met grasklavers, rode en witte. Van grasklavers is bekend dat ze stikstof vasthouden. Gemiddeld 400 kilo per hectare. Het is belangrijk dat je niet alleen kijkt naar de uitstoot, maar ook naar de opname. En koeien vinden de grasklavers heerlijk. Nu ligt er 25 miljard op de plank om boeren uit te kopen. Voor dat geld kun je heel wat klavers kopen.’


‘Laagste milieu-impact ter wereld’


Ram heeft er geen goed woord voor over. De hetze tegen de boeren gaat veel te ver, vindt hij. Tessa pakt haar telefoon. ‘Kijk, NOS nieuws, een bericht van 1 augustus 2017: ‘Nederlandse boeren hebben laagste milieu-impact ter wereld’. De Nederlandse agrarische sector heeft relatief de laagste impact op het milieu van alle landen in de wereld, stelt ABN Amro in het artikel na onderzoek. Volgens de bank is per kilo landbouwproduct de gezamenlijke ‘voetafdruk’ van onder meer CO2, energie, pesticiden en antibiotica in Nederland het kleinst. ‘En nu moeten boeren massaal stoppen. Hoe valt dat te rijmen? Acht jaar geleden was er nog de subsidie voor jonge landbouwers, omdat er te weinig jonge boeren waren.’ Ram vraagt zich hardop af waarom alleen de boerensector zo hard aangepakt wordt. ‘Waarom niet Tata Steel en de luchtvaart? Zij zijn bewezen medeverantwoordelijk voor de Co2 uitstoot. Het lijkt erop dat ze de boerenindustrie opzettelijk kapot willen maken.’


‘Niets meer waard’


Treiteren noemt Ram het. Wat denk je dat al deze berichtgeving doet met boerenbedrijven? Die zijn niets meer waard. Niemand die zijn geld nog in een boerderij steekt. Eerst maken ze de markt kapot zodat je boerderij halveert in waarde, en vervolgens kopen ze je voor 65 procent uit. Landbouw heeft Nederland groot gemaakt. Schandalig is het.’ Een boer uit Bunne heeft de moed opgegeven. Die vertrekt met zijn gezin naar Denemarken om het boerenbestaan voort te zetten. De boer is helemaal klaar met alle tegenslagen en regelgeving. ‘Daar hebben wij het ook over gehad. Emigreren houden we zeker voor mogelijk.’


Ondanks alles willen Wim en Tessa positief blijven. Doorgaan met wat ze zo graag doen: boeren. Drie jaar nu, zitten ze met hun Blakervelderhoeve in Langelo. Daarvoor was het bedrijf gevestigd in de Alberthoeve aan de Norgerweg in Roden. ‘Dat was best even spannend. Zouden de klanten ons nog wel weten te vinden? Dat bleek gelukkig wel het geval. We hebben het juist nog veel drukker gekregen’, lacht Tessa die Wim in 2011 leerde kennen. ‘Ze viel voor de koeien’, grapt Wim die zelf voor het eerst op Landgoed Nienoord in aanraking kwam met de bijzondere koeien. ‘Van mijn twintigste tot mijn dertigste heb ik daar gewerkt. Ik was gecharmeerd van de Lakenvelders. Dacht: die moet ik zelf ook hebben. Dat begint dan met twee, later vier en weer later tien. Nu hebben we er honderd.’


Tessa is ook dol op de koeien. ‘De aftekening is prachtig. We zijn wel een beetje idealisten. We zijn een fokvermeerderingsbedrijf, met de bedoeling om de populatie in stand houden.’ De Blakervelderhoeve is aangesloten bij de Stichting Zeldzame Huisdierrassen. ‘Hun slogan is ‘red het ras, eet het op’. Dat klinkt gek misschien, maar als je niet fokt, sterft het uit.’ Wanneer de stieren drie jaar oud zijn, brengt Ram ze naar een slachthuis in Dokkum. ‘Een klein slachthuis. Een bewuste keuze. Voor én na de slacht wordt iedere koe gekeurd door de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA). Ik ben er zeker van dat ik mijn eigen koe terugkrijg en het is een van de weinige slachthuizen die de koe per onderdeel verpakt in pakketjes vlees tussen de 200 en 500 gram. Slager is een uitstervend beroep. Slachten is een ambacht. Je moet wel weten waar de sukadelapjes en de biefstukjes zitten.’


Het vlees gaat linearecta de vriezer van de boerderijwinkel in. De combinatie van de verkoop van vlees- en zuivelproducten en recreatie is het verdienmodel van de Blakervelderhoeve. Tessa heeft naast haar boerinnenbestaan nog een baan in de administratieve sector. ‘Op dit moment kunnen we nog niet rondkomen van de boerderij. We willen er straks meer naast gaan doen, waaronder kaas maken van onze melk. We hebben een oude kaasmakerij gekocht. Daar ga ik me straks in verdiepen. Uiteindelijk hoop ik hier straks fulltime mijn geld te kunnen verdienen. Niets mooiers dan hier zijn.’ Afwachten is in ieder geval geen optie voor Ram. ‘Stilstand is achteruitgang. We hebben toestemming om een kapschuur te bouwen. Daar komen 150 zonnepanelen op. We blijven investeren. Maar voor hetzelfde geld ligt er straks een brief op de mat. Je wilt er niet aan denken, maar het houdt je toch bezig.’


||||
||||
||||
||||

UIT DE KRANT