‘Zwaar? Nee hoor. We vinden het een eer dat we het mogen doen’

Afbeelding
actueel

Opa Henk en oma Martha Schuur passen met plezier op, al 11 jaar lang

LEEK – Veel opa’s en oma’s vinden ervaren het als ‘zwaar’ en ‘uitputtend’ om op hun kleinkinderen te passen, bleek uit onderzoek dat RTL Nieuws onlangs liet uitvoeren. Het merendeel doet het vol liefde en overgave, maar 13 procent vindt een vaste dag of dagen teveel. Stoppen is lastig, omdat ze geen ‘gedoe’ met hun kinderen willen. Dat geldt niet voor Henk en Martha Schuur uit het Groningse Bedum. Zeker twee dagen per week passen zij op hun kleinzonen Manuel en Samuel uit Leek. “Van moeten is geen sprake. We vinden het een eer dat we het mogen doen.”
Al 11 jaar past Martha Schuur op de kinderen van dochter Jeannette en haar echtgenoot uit Leek. Twee dagen zeker, vaak zijn het er ook drie, afhankelijk van het rooster van Jeannette. En sinds echtgenoot Henk met pensioen is rijden ze iedere week samen een paar keer naar Leek. “Voor ons was het vanzelfsprekend om onze dochter te helpen”, vertelt Henk. “En we houden van kinderen. Het is heel anders als met je eigen kinderen. We hebben echt de tijd voor de jongens. Dat band die we met hen hebben opgebouwd is onbetaalbaar. Van moeten is hier geen enkele sprake. We vinden het een eer dat we het mogen doen.”
Twee dagen per week na de koffie vaste prik voor opa en oma Schuur: de auto wordt gestart om vervolgens naar Leek te koersen. Even langs de super, want de Schuurs verzorgen ook de maaltijden in huize Tarmelit-Schuur. “Jeannette is vaak na kwart over vijf thuis, haar echtgenoot nog later. Als ze thuiskomen is het eten klaar. Dan eten we samen en daarna gaan we weer naar huis. We vinden het leuk. Voor ons is het een uitje. Ook een heel sociaal gebeuren. Op het schoolplein spreek je andere oppas-grootouders. Dat contact vind ik boeiend. We doen de boodschappen ook in Leek. Maken een praatje in de super of bij de bakker. We hebben inmiddels een aardige kennissenkring opgebouwd. Het oppassen op onze kleinzonen zorgt ervoor dat we nog midden in het leven staan.” Voor oma Martha komt er nog iets bij. Al jaren kampt ze met artrose, een pijnlijke aandoening aan het kraakbeen in de gewrichten. Samuel en Manuel zorgen ervoor dat de pijn verzacht, vertelt Henk. “Mijn vrouw kijkt er altijd naar uit, ze ervaart het oppassen als ‘meer plezier’ in haar leven. Ze trekt zich echt aan de kleinkinderen op. Ik weet zeker als dat er niet was, dat ze veel meer pijn zou hebben. Het gebeurt wel eens, dat we een week niets hoeven. Niks aan. Dan missen we ze gewoon.” De dagen dat Henk en Martha oppassen zijn afhankelijk van het rooster van Jeannette. “Dat krijgen we ruim van tevoren en dat plannen we direct in op de kalender. Meestal is dat nu twee dagen per week. Dat komt omdat onze schoonzoon een dag per week thuis is gaan werken. We gaan door zo lang het kan. De oudste fietst inmiddels zelf naar huis. Maar de jongste van acht vindt het nog steeds geweldig als opa hem om half drie van school haalt.”

UIT DE KRANT