‘Ze dragen graag bij aan onze maatschappij’ Opnieuw groen licht voor opvang Oekraïners in De Hullen

Afbeelding
Foto: ERIK VEENSTRA
actueel

RODEN - Groepsverblijf de Hullen heeft groen licht gekregen van de gemeente en mag weer voor één jaar vluchtelingen uit Oekraïne opvangen. Op het terrein van De Hullen wappert de Oekraïense vlag en ligt de speeltuin er troosteloos en verlaten bij. Beheerster Marieke van Wieren en haar man Paul hebben op dit moment 34 mannen en vrouwen in de opvang, waaronder twee kinderen. Van Wieren is trots. ‘Toen de gemeente ons begin 2022 benaderde en vroeg of wij vluchtelingen uit Oekraïne konden huisvesten hebben we geen moment getwijfeld en zeiden volmondig “ja”.’

‘We hadden meteen in het begin al 65 vluchtelingen’, blikt ze terug. ‘Dit waren veelal vrouwen en kinderen. Toen het Fletcher hotel klaar was om ook opvang te bieden zijn daar alle mensen vanaf hier naartoe gegaan en wisten we nog niet of het een doorstroom locatie zou worden of dat we permanent mensen gingen opvangen’ Er volgde al snel weer een nieuwe groep vluchtelingen van ongeveer 40 personen. De gezinnen die nu binnenkomen gaan vaak door naar Molenduin Norg of naar de Groene Zoom in Roden. De Hullen biedt met name alleen nog onderdak aan mannen en vrouwen en niet meer aan gezinnen, maar doordat de opvang in Utrecht vol zit, kan dit zo maar weer veranderen. 

Van Wieren is inmiddels fulltime woonbegeleider voor de accommodatie. ‘In het begin deed ik de opvang nog naast mijn baan als tandartsassistente in Groningen, maar doordat de mensen je hier ook nodig hebben, je op hetzelfde terrein woont en dus ook altijd aanspreekbaar bent voor hen werd die combinatie mij écht te zwaar. De locatie manager die hier toentertijd aanwezig was, stopte er mee en dus heb ik mij aangemeld om die taak over te nemen, want ik was hier toch en voerde al veel werkzaamheden uit die bij die functie hoorden.’ Van Wieren heeft vanuit de gemeente Noordenveld contact met twee locatie managers aan wie ze wekelijks doorgeeft hoeveel plaats ze nog heeft in de opvang. ‘Het is niet zo dat iedereen maar in elke opvang terecht kan. Dit gebeurt altijd in overleg. In Utrecht vangen ze op dit moment alleen nog maar mensen op die kinderen hebben of medische hulp nodig zijn. Is dit niet het geval dan word je geweigerd. Wij mogen geen mensen weigeren wanneer we niet vol zitten, maar we geven wel onze grenzen aan. Steeds meer laten we ze zelf regelen, want ik was nogal geneigd om problemen voor hen op te lossen en dan wordt het wel snel te veel,’ lacht Van Wieren.

Er zijn gelukkig weinig incidenten geweest en Van Wieren wijt dat vooral aan het feit dat de vluchtelingen die hier zitten zelfstandig zijn en binnenkomen met de insteek om zo snel mogelijk hun handen uit de mouwen te steken. ‘Ze weten niet wanneer de oorlog voorbij is en of ze ooit nog terug kunnen of willen. Ze hebben huis en haard achter moeten laten en zijn ons dankbaar dat ze hier terecht kunnen. Daarvoor dragen ze graag bij aan onze maatschappij. Het is een tijdlang lastig geweest voor velen om werk te vinden. Ze zijn de taal niet machtig en veel van hen kennen ook geen engels, maar waar een wil is, is een weg. Als op den duur de muren op hen af komen, dan gaan we toch kijken wat de mogelijkheden zijn.’ De vluchtelingen ontvangen van de gemeente Noordenveld “leefgeld”. ‘Sommige kunnen wel aan het werk, maar in het begin werden ze dan gekort in hun leefgeld en dan is het lastig rondkomen.’ zegt Van Wieren. ‘Gelukkig heeft de gemeente dit inmiddels bijgesteld en kunnen ze hun salaris laten aanvullen met leefgeld. Hierdoor raken ze dus minder snel in een isolement, het verrijkt hun sociale leven en ze zijn gelukkiger.’ 

In één van de huisjes op het terrein is de Oekraïense Lena aanwezig. Zij is één van de vluchtelingen die samen met haar dochter Katja al vanaf begin 2022 in de opvang aan de Hullenweg verblijft. ‘Sommige mensen verblijven hier korte tijd en daar bouw je dus ook niet echt een band mee op, maar met Lena is die band inmiddels wel heel sterk. We hebben het voor elkaar gekregen om haar moeder en schoonmoeder ook naar hier te halen, want die waren in Oekraïne in gevaar. Dat geeft enorm veel voldoening.’ En die voldoening straalt van Van Wieren haar gezicht af. De Oekraïense Lena heeft inmiddels haar certificaat Nederlands behaald, maar communiceert makkelijker in het Engels, want ze vindt Nederlands toch nog best wel spannend. ‘Ik had een leuke baan,’ vertelt Lena, maar daar werkten meerdere Oekraïners en dan verdwijnt het Nederlands al snel naar de achtergrond. Helaas was er te weinig werk voor iedereen en daarom moest ik op zoek naar nieuw werk. Over twee weken kan ik aan de slag bij de Kampeerhal en zal ik op de kledingafdeling komen te staan en schoonmaakwerkzaamheden verrichten.’ Lena heeft twee dochters. Dochter Katja, inmiddels 12 jaar, gaat naar het ISK in Assen. ‘Ze heeft daar haar vriendinnen en vindt het leuk op school. Bijzonder is hier in Nederland vooral dat de kinderen in hun eigen kleding lopen en de meisjes make-up mogen dragen. Dat mag in Oekraïne absoluut niet; daar hebben de kinderen ook een schooluniform aan. Voor de kinderen hier dus veel leuker, maar ik moest daar wel aan wennen hoor!’ lacht Lena. Haar oudste dochter zit in Polen en is 19 jaar. ‘Wij moesten plotseling vluchten en mijn dochter - toen bijna 17 - koos ervoor om bij haar studiegenoten te blijven en ze weken uit naar Polen. Ze is daar gelukkig en heeft een eigen appartement. Elke maand stuur ik geld naar haar toe en we hebben nog veel contact.’ Lena is gevlucht uit de Donbas-regio. De meeste inwoners uit deze regio zijn gevlucht en huizen verwoest. ‘Ik weet niet of mijn huis er nog is of niet, daarover is niets bekend.’ Of ze terug kan weet ze dus ook niet. Op dit moment vind ze het vooral belangrijk dat ze straks weer aan het werk kan en wat de toekomst brengt dat ziet ze nog wel.

Hoe lang de opvang aan de Hullenweg nog open zal zijn durft Van Wieren niet te zeggen. ‘Er zijn nog zoveel onzekere factoren op dit moment. We hopen vanavond iets te horen over de locatie in Utrecht en wellicht dat we dan in korte tijd toch weer meer opvang moeten gaan bieden. En dan heb je natuurlijk ook nog de zogenaamde “shoppers”. Dit zijn vluchtelingen die in een ander land zijn opgevangen, maar horen dat het hier in Nederland beter is. Die gaan dan zelf op zoek naar een locatie in Nederland en mijn naam is bijna overal bekend, dus belanden sommige hier op het platteland, al trekt de grote stad voor de meeste meer hoor.’ Van Wieren en haar man Paul zetten hun werk voorlopig dus nog met veel dankbaarheid voort al blijft Oekraïens best wel lastig communiceren.

UIT DE KRANT