Alke van der Velde: ‘leven en beseffen dat we er zijn’

Afbeelding
Foto: ERIK VEENSTRA
Noordenvelders

PEIZE - Ze is geboren in Een en leerde het Drents vanaf haar derde. Dit pikte ze niet op van haar ouders, want die spraken Nederlands met haar, maar van de bewoners uit Een om haar heen. Ook haar zonen heeft ze opgevoed met de Nederlandse taal, maar waarom vind ze dan de Drentse taal toch nog zo belangrijk? Aangeschoven in haar gezellige appartement in Peize, waar ook haar zoon Willem aanwezig is, laat Alke van der Velde met gemak een stroom woorden over de tafel rollen. Het is Meertmaond Streektaolmaond en hier zijn we op de juiste plek om over het Drents te praten. Helaas voor deze rubriek verloopt het gesprek in het Nederlands, maar weten we toch nog een aantal Drentse woorden uit haar te ontfutselen.

Ze is al bijna 101 jaar oud en inmiddels laat haar zicht haar ook in de steek, maar ze verrijkt het gesprek met gemak wanneer ze praat over haar tijd als onderwijzeres. Een aantal jaren heeft ze voor de klas gestaan in Steenbergen. Daar had ze de “eerste klassers” en tovert een lach op haar gezicht wanneer ze vertelt dat ze de kinderen daar in het Drents lesgaf. ‘Ze kregen van mij allemaal een leesplankje van aap-noot-mies en moesten daar dan het woord “ei” opzoeken, “ai” in het Drents. Dit zat verstopt in het woord -weide- en wat was ik trots dat ze het allemaal snel hadden gevonden!’ Dit was ook de school waarop ze haar man Peter leerde kennen. En zoals dat toen ging: als je was getrouwd mocht je niet meer voor de klas staan. Ze deed dus enkel en alleen nog invalwerk in de regio. ‘Op de scholen werd af en toe nog Drents gesproken, maar in die tijd zag je al een afname van het dialect. ‘Zo kan ik mij herinneren dat er een jongetje was die zo ineens, vanuit het niets, de klas uit liep. “Wat ga je doen, Kees?, vroeg ik hem. ‘Ik mut de kiepen nog voeren, juf!’ Ook weet ze nog dat ze hun buurmeisje Avie eens thuis zag komen op de fiets. Alke wist dat het gezin geen Nederlands praatte onderling, maar was wel verbaasd : buurvrouw vroeg haar dochter netjes in het Nederlands om niet over het “geharkte” te fietsen. Waarop Avie zei: Wat zeg je? De buurvrouw herhaalde het nogmaals en nog steeds deed het meisje niet wat haar moeder zei. ‘Ie hebt me wel heurd toch?’ schreeuwde de buurvrouw toen tegen haar. ‘Dat is ook wat het spreken van een dialect met je doet,’ zegt Alke. ‘De Drentse taal spreekt vertrouwen uit. Het is eigen en bestaat uit mooie klanken.’ Wat haar mooiste woord is in het Drents? Daar moet ze wel even over nadenken. Zoon Willem roept nog wel een paar woorden die zijn moeder misschien niet moet noemen, maar welke wel leuk zijn om te benoemen: Deksel aol! of naokende wiefies. ‘Ik mag geern de herkomst van woorden uutzuken, maor op een schier Drèents woord kan’k op dit moment spietig genog niet kommen. Weej wat ik wel een mooi woord vind? Hoopvol. Maor daor kan’k niet echt een Drènts woord van maken.’ Alke verdiept zich graag in de wetenschap over de ruimte. ‘Ik heb van die mooie luuster-cd’s en dat warkt prima aj niet zo goed meer zien kunt zoas ik. En het helpt ok tegen de verveling, want ik heb niet zoveul contacten meer.’ 

Haar man Peter van der Velde is inmiddels 20 jaar geleden overleden. Ook over hem kan ze genoeg vertellen, maar vandaag draait het om haar. ‘Ik mis oes hoes in Rowol, maor het was gewoon te groot veur mij allèn. Rowol was voor mij echt het dörp waar ik mij nao Eein een échte Drent vuude. Elkenien preut Drèents met mekaar.Toen dizze appartementen te koop kwamen in Paais zeeden de kinder dat ik maor beter hierhen verhoezen kun. Ik blief toch wel het gevuul holden dat ik nog aal bij mijzölf op visite ben heur.’ Het alleen zijn zorgt er bij Alke ook voor dat ze steeds meer over bepaalde dingen gaat nadenken. ‘Ik dèenk nou vaak nao over het leven en het besef dat wij der bent. Ook vraog ik mij aal vaker of waor ik dommiet hen gao wanneer ik der niet meer ben.’ In mei wordt ze 101. ‘Dan stiet der weer een orgel veur de deur en de burgemeester hef ok al angeven wanneer e langes komp. En,’ sluit ze het gesprek met een glimlach af, ‘dan kun ie weer een foto van mij make

UIT DE KRANT